Ik ben een liefhebber van het werk van Thomas Verbogt. Maar deze korte roman (alle romans
van Verbogt zijn kort) valt enigszins tegen. Het kern van het verhaal is mooi: een
dramatische gebeurtenis in de jeugd van hoofdpersoon David krijgt in zijn
latere leven een vervolg.
Een dergelijk verhaal is vaker vertelt, maar de ingrediënten die Verbogt gebruikt zijn goed gekozen: David kent de achtergrond van de dood (zelfmoord) van zijn jeugdvriendin, maar zwijgt erover. Als middelbare man grijpt hij op een nogal stuntelige manier in bij een mishandeling op straat: hij belandt in het ziekenhuis.
Een dergelijk verhaal is vaker vertelt, maar de ingrediënten die Verbogt gebruikt zijn goed gekozen: David kent de achtergrond van de dood (zelfmoord) van zijn jeugdvriendin, maar zwijgt erover. Als middelbare man grijpt hij op een nogal stuntelige manier in bij een mishandeling op straat: hij belandt in het ziekenhuis.
Om deze twee gebeurtenissen met elkaar te verbinden heb je 200
pagina’s nodig. Maar wat Verbogt doet vind ik niet zo goed. Hij introduceert minstens tien
bijfiguren, waar hij van alles over kwijt wil. De ouders van het gestorven
buurmeisje horen erbij, natuurlijk. Misschien zijn vrouw waar hij van gaat
scheiden ook. Maar dan een ex die hij opzoekt, mensen die hij via zijn werk
ontmoet, zijn ouders, de andere jeugdvriend die verdwenen is, enzovoorts. Het
is te veel. Niet dat je de weg kwijtraakt. Verbogt schrijft goed genoeg om dat
niet te laten gebeuren, maar het is vermoeiend veel. Jammer, een paar
verrassende wendingen zijn erg spannend, een filosofisch intermezzo met een
beeldhoudster vind ik overbodig. Hopelijk waaiert zijn volgende boek minder
uit.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten