zaterdag 28 september 2013

Czeslaw Milosz – Een dichter vergeet niet


Ik ken een paar boeken van Czeslaw Milosz. Vooral ‘Het dal van de Issa’ is prachtig. Poëzie had ik nog niet van hem gelezen. Deze tweetalige verzamelbundel is een uitgave van Poetry International.



De gedichten beslaan zijn hele schrijversleven. De oudste zijn van voor de oorlog toen hij een Vilnius woonde, de laatste stammen van na 2000. Deze latere verzen zijn meer theologisch en vragen naar de zin van dit bestaan en al het aardse lijden.  Zij bezitten gelukkig ook wat relativering en vooral berusting, bijvoorbeeld in de titel: ‘Een alcoholicus stapt de hemelpoort binnen.’ Het gedicht eindigt met: “En zo hoort het, dat zij die lijden, verder lijden en Je Naam loven.”

Een ‘Eerlijke beschrijving van mezelf bij een glas Whiskey op de luchthaven, laten we zeggen in Minneapolis’ is luchtiger van toon. Hij beschrijft zichzelf als oude grijsaard die wellustig om zich heen kijkt. Hij constateert wel dat het tijd is dat je begraven wordt ‘ gedaan met spel en vermaak van de jeugd’.

Milosz’ stijl is vaak bombastisch maar niet zeikerig. In zijn hele werk, zoals in deze bundel samengevat, komen natuurbeschrijvingen voor: de zon komt op, de vogels fluiten, de bloemen bloeien. Meestal wordt dit beeld even later ruw verstoord door een dreigend gevaar, gedachtes over de dood of het uiteenvallen van deze wereld. En zoals bij veel Poolse auteurs van zijn generatie is de oorlog is nooit ver weg.

De cyclus ‘Kind van Europa’ uit 1946 begint met  ‘Wij, wier longen doordrongen zijn  van de zoetheid van de dag / En die takken zien opbloeien in mei / Zijn beter dan zij die omgekomen zijn’ Milosz neemt hier het standpunt in van de overlevenden van de oorlog en vraagt zich af waarom wij het wel overleefd hebben. Later in de cyclus beziet hij het naoorlogse Europa: ‘ Bemin geen enkel land: landen gaan gemakkelijk ten onder / Bemin geen enkele stad: een stad valt gemakkelijk in puin/ Bewaar geen aandenkens, want uit je lade / Zal rook opstijgen die giftig is voor je adem.’

‘Een dichter vergeet niet’ is een mooie bundel. Ik begrijp de originele Poolse teksten lang niet helemaal, maar zie wel dat het Nederlands vaak erg omslachtig is. Los van de inhoud passen de Poolse klanken ook perfect bij elkaar, terwijl het Nederlands rammelt. Dat is het lot van de meeste vertalingen ben ik bang.

Geen opmerkingen: