vrijdag 27 september 2013

Andrzej Szczypiorski – Amerikaanse whiskey


Szczypiorski is een vergeten Poolse schrijver. In zijn leven is de halve 20ste eeuw vervat. Hij maakte als tiener de oorlog mee, was betrokken bij de opstand in Warschau en kwam in een kamp terecht. Na de oorlog zag hij de communisten zijn land innemen. Later mocht zijn werk niet meer uitgegeven worden in Polen. Na de bezetting eind jaren 80 ging hij de politiek in. Op late leeftijd bekeerde hij zich vreemd genoeg tot het Calvinisme. Na zijn dood kwam uit dat hij ooit informant voor de geheime dienst is geweest.


In één van de verhalen in de bundel Amerikaanse Whiskey werkt de hoofdpersoon voor de dienst. Na een dag van verhoor keert deze man terug naar huis in zijn mooi verdiende auto. Hij is trots op zijn werk. Zijn vrouw ontvangt hem stil, zij gedraagt zich anders dan anders. Hij weet niet hoe te reageren, praat opeens honderduit over zijn werk. De vrouw zegt niks terug, de sfeer is ijzig, einde verhaal.

Het mooie van de verhalen van Szczypiorski is dat er vaak een beklemming hangt. Je weet niet wat er aan de hand is en soms duurt het even voordat je begrijpt waar een verhaal over gaat. Na een paar pagina’s duikt er bijvoorbeeld opeens een ss-er op en weet je in welke tijd en op welke plek de gebeurtenissen zich afspelen. De oorlog of de onderdrukking door het communisme is nooit ver weg in zijn verhalen.

In het verhaal Amerikaanse Whiskey schets hij een prachtig beeld van het naoorlogse Warschau: er is niets, een kale plat gebombardeerde vlakte. De hoofdpersoon ontmoet twee Amerikanen en zakt de nacht door. De volgende dag wordt hij door agenten betrapt met een fles whisky. In plaats van dat zij samen de fles legen, belandt hij door dom gedrag van een vriend in de cel. Het verandert zijn leven.

Szczypiorski  laat in een ander verhaal de preutsheid van het communisme zien. Tijdens een cursus van enkele weken doet een cursusleidster het in een hutje met een student, door anderen ’dialectisch raggen’ genoemd: onacceptabel. In een ander verhaal, dat zich tijdens de oorlog afspeelt verhuurt een familie een kamer aan een man met een bochel. Het blijkt een Duitser te zijn. Pijnlijk als zij een Joods meisje onderdak willen geven.

Het verhaal ‘Op een bankje in de schemer’ is extreem nihilistisch. De schrijver biedt ons geen enkele hoop: de tijd staat stil. ‘Eindeloos wachten we op iets dat niet zal gebeuren’, ‘we worden geknecht door de wereld van de dingen’, etc. etc. De enige keuze die we nog hebben is die tussen de strop en de sprong van de 20ste verdieping van een gebouw. Vrolijk word je er niet van, het is wel goed beschreven.

Geen opmerkingen: