zaterdag 28 september 2013

Bestrijd het leed dat Mulisch heet


Ter gelegenheid van de tachtigste verjaardag van Harry Mulisch in 2007 kreeg dit boekje een uitgebreide herdruk. Zolang het verschijnsel Mulisch heeft bestaan hebben de redacteuren van Propria Cures er een verbeten strijd tegen gevoerd.



De eerste bijdrage uit 1953 zet meteen de toon. De recensie begint met “Als ik de flap van een van zijn boeken mag geloven..” De bundel van Mulisch wordt vervolgens - zowel vanwege de inhoud als vanwege de kreupele stijl - vakkundig afgekraakt. De bespreking eindigt met een positief woord “De typografie van dit boekje is alleraardigst, werkelijk.”

Deze bespreking zet de trend voor alle volgende stukjes over Mulisch. Met een cynische glimlach krijgt hij er keer op keer van langs. Tientallen redacteuren hebben hem onderhanden genomen, waaronder Beau van Erven Dorens, Mensje van Keulen, Vic van Reijt, Giphart en Carel Peeters. Flauw is dat een paar auteurs geen toestemming gaven voor herdruk, Tim Krabbé bijvoorbeeld.

Los van de inhoud van zijn boeken was Mulisch een bijzonder pedante man die van weinig dingen verstand had maar altijd dacht de wijsheid in pacht te hebben. Geen wonder dat het verschijnsel Mulisch zoals dat in Amsterdam rondstapte inclusief zijn uiterlijk vaak bespot werd. Het doorzeuren over zijn neus wordt als je alle stukjes achter elkaar leest wel erg vervelend.

Sommige PC-redacteuren haatte Mulisch werkelijk. Rik Lamberts weet deze haat om te buigen in een paar prachtige wat langere stukken, waaronder één n.a.v. zijn zeventigste verjaardag. In Paradijsvogel zien we Mulisch niet alleen als pedante gelijkhebber, maar ook als iemand die uiterst intolerant omgaat met iedereen om zich heen. Zelfs zijn eigen zoontje moet oppleuren als Mulisch aan het woord is.

Misschien gaat er binnenkort - een paar jaar na zijn dood – nog een boekje open over hoe hij omging met de geliefden om hem heen. Ook zal dan misschien blijken dat veel van zijn werk op plagiaat berust of dat zijn beste boek (De Aanslag) niet door hemzelf is geschreven. Kortom,  een grappig boekje om te lezen wanneer je ziek in bed ligt. Met dank aan Ronald.

Geen opmerkingen: