Het was weer enige tijd geleden dat ik een boek van Simon Vestdijk
las. Deze uitgave kocht ik dit jaar in Groningen voor bijna geen geld. Het is
een vroeg werk van Vestdijk, een historische roman die zich afspeelt in het
Griekenland van 1200 jaar voor Christus. Het is een bewerking van een mij
onbekende legende uit o.a. Ovidius. Op Wikipedia lees ik dat Aktaion de
jachtgodin Artemis en een aantal nimfen naakt ziet baden. Artemis wordt boos en
verandert Aktaion in een hertje. De 50 honden van Aktaion verscheuren vervolgens hun baasje.
Leuk detail, Ovidius noemt de namen van 36 van de 50 honden.
Het verhaal van Vestdijk begint met de komst van Cheiron in
de stad Jolkos. Cheiron is een kentaur: half paard, half mens. Aktaion is de
zoon van de koning en Cheiron wordt zijn leraar. Aktaion aanbidt de jachtgodin
Artemis en wil weinig van Cheiron aannemen.
Het mooie van Vestdijk is dat, hoewel ik de Griekse wereld
helemaal niet ken en hij gelijk begint te strooien met veel namen en begrippen,
je toch meteen het verhaal wordt ingezogen. Hij beschrijft een hele reeks aan
gebeurtenissen vanuit verschillenden perspectieven, waardoor je nooit het hele
verhaal te lezen krijgt, maar je wilt wel weten hoe het afloopt.
Cheiron verwerft langzaam macht in de stad en begint een
genezingscultus met de vader van Aktaion. Aktaion wordt geacht te trouwen met
Timandra. Tijdens de bruiloft verstoren een aantal plotseling opduikende
kentauren het feest. Er wordt gevochten en de paardmensen vergrijpen zich aan
een aantal vrouwen. De koning raakt zwaargewond en Cheiron lijkt Tamandra te
willen ontvoeren.
Dit is kenmerkend voor de stijl van Vestdijk. Een
gebeurtenis zoals deze vindt plaats, later wordt erop teruggekeken, er wordt
volop over geïnterpreteerd en de gebeurtenis blijkt eigenlijk een hele andere
dan eerst beschreven; of niet. De kentauren waren een verbeelding? Of juist
opgeroepen door Aktaion omdat hij niet wilde trouwen met zijn bruid vanwege
zijn liefde voor Artemis? En de rol van Cheiron: heeft hij de anderen kentauren
opgeroepen of juist erger voorkomen?
Sowieso blijft onduidelijk wat de status van Cheiron is. Is
hij een god, een halfgod? Soms lijkt hij voorspellende gaven te hebben, maar
dan volgt later weer een rationele verklaring hiervoor. En hoe kan een kentaur
zijn ontstaan? Er gaan diverse theorieën over rond. Is een Kentaur een
afstammeling van Poseidon, de paardgod? Of zijn ruiter en paard zo aan elkaar
gewend geraakt dat zij zijn vergroeid met elkaar? Cheiron zelf merkt op
tegenover Aktaion dat er natuurlijk altijd veel verbeelding bij is.
Er zitten veel van dit soort leuke dubbelzinnigheden in het
boek. Cheiron is de leraar van Aktaion. Al snel maakt hij duidelijk dat hij hem
niets wil leren. “Maar steeds drukte hij Aktion op het hart dat het niet nodig
was iets te weten, maar alleen nodig was om zich voor de gevolgen van
onwetendheid te behoeden.”
Ook interessant is de verhaallijn met de heks en vroegere
kinderjuf van Aktaion Simaetha. Timandra wordt verleid om in haar geitenstal (en
bordeel)met Aktaion te paren om het onderbroken huwelijk te bezegelen. Zij
bedwelmt haar en in plaats van Aktaion neemt de door Simaetha opgestookte aartsrivaal
Strepsiades deze rol over. Timandra kan zich naderhand niets herinneren, pleegt
toch zelfmoord en niemand weet waarom. Om haar dood wordt niet gerouwd, wel
volgen er interpretaties van de gebeurtenis. Als Simaetha een keertje niet
liegt wordt zij door niemand gelooft. Toch vermoordt Aktaion zijn rivaal
Strepsiades, maar vanuit welk onderliggend motief? Hij kan toch juist blij zijn dat
hij niet meer hoeft te trouwen met Timandra? Nu kan hij zich volledig geven aan
Artemis.
Dit gebeurt inderdaad. En zoals in de mythe verscheuren de
honden hem. Cheiron sterft ook. De vader van Aktaion is dan al dood, net als
zijn rivaal en beoogde vrouw. Een echt Grieks drama dus, waarin ook veelvuldig
over de goden en over leven en dood wordt gefilosofeerd. “De goden stellen er misschien niet eens prijs op, dat men
aan hen gelooft. Een god is machtig, dat hij zich de rijkdom veroorloven kan
van ook niet te bestaan.”
Vestdijk-liefhebbers zullen deze roman allicht gelezen
hebben, anderen raad ik de 200 pagina’s sterk aan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten