vrijdag 27 september 2013

Kees van Kooten – Het dierbaarste van


Dieren was het thema van de Boekenweek 2009. Kees van Kooten stelde naar aanleiding hiervan dit boekje samen. Hij was niet de enige die dit deed.Een ideaal  strandboek: luchtig, dun, korte verhalen en een groot een duidelijk lettertype. De stevige harde kaft voorkomt dat de wind vat krijgt op het boekwerkje. Op het strand van Hoek van Holland scheen de zon, maar niet overvloedig. Ik heb eenmaal een half uur in de zee gezwommen.

Kees van Kooten schrijft luchtig en soms moet je om hem glimlachen. Het beste werk vind ik zijn modernismen: de ultrakorte verhalen die vooral goed zijn als hij ze zelf voorleest. In deze dierenverhalen is hij wat al te sentimenteel, vooral als er kinderen of kleinkinderen in het spel zijn.
Het openingsverhaal Willem, over zijn hond Willem, is het best. In nog geen 20 pagina’s beschrijft hij de komst van Willem, hoe vrolijk hij speelde en hun leven verrijkte en hoe hij - o droefenis -  uiteindelijk stierf en werd begraven in de tuin. Een mooi verhaal, maar het kost mij moeite een goed geformuleerde zin te citeren. Deze dan maar: “Uit de gangkast pak ik een oud gordijn , waar ik Willem in wikkel.”
In een uur las ik deze dierbaarste verhalen uit. Gelukkig had ik een tweede boek bij mij gestoken.

Geen opmerkingen: