Gerard Reve
wordt door de jonge generatie nauwelijks meer gelezen. Jan Wolkers daarentegen
is opmerkelijk populair, ook bij jonge schrijfsters zoals Marieke Lucas
Rijneveld. De hoofdpersoon in ‘Het is maandag vandaag’ is Julia. Zij is eenzaam
en leest Jan Wolkers. Ik vermoed dat Sytske van Koeveringe zich heeft laten
inspireren door zijn werk.
“Ik zoek
mijn boek: De perzik van
onsterfelijkheid. Nu ik zoveel van Wolkers lees kom ik erachter dat zijn
boeken een greep zijn uit, hoe stom het ook klinkt, de werkelijkheid. Geen
begin, geen plot, geen einde. Het gaat zoals dagen iedere dag opnieuw beginnen.
Daar is niets uitgedachts aan. De personages zullen na het boek verder leven
zoals Wolkers het in zijn verhalen laat zien. Maar hebben ook voor het verhaal
begon al een heel leven gehad. Het midden als begin en als eind, als vicieuze
cirkel.”
In ‘Het is
maandag vandaag’ ontbreekt grotendeels een plot. De eenzaamheid en de verveling
van Julia worden breed uitgemeten. Julia schreef ooit een boek, waarin de
hoofdpersoon in verhouding had met een oudere man, net als in haar leven. Het
boek flopte, de ex wilde niks meer met haar te maken hebben. Nu maakt zij in de
ochtenden huizen schoon. De rest van de dag en nacht is zij op zichzelf. Zij
drinkt, schrijft mails die zij niet verstuurt (of toch wel) en mijdt de andere
mensen.
Er zijn
veel andere mensen in haar leven, die zij niet toelaat: haar huisgenote, een
oude vriendin, haar ouders – moeder maakt ook schoon, vader is overspannen en
depressief, de mannen in het café en de mensen waar zij voor schoonmaakt. Julia
is voortdurend bezig al deze mensen uit haar leven te bannen. Zij heeft wel
sporadisch contact met een oudere man die zij tegenkwam in een koffiebar, de
yogaman. Maar afspraken met hem komt zij vaak niet na.
‘Het is
maandag vandaag’ is doordacht van opzet. De korte hoofdstukken verwijzen naar
de huisnummers van de huizen die zij schoonmaakt. Rond elk huis wordt een klein
verhaal opgebouwd. Deze verhalen blijven oppervlakkig. Het boek draait om de
worsteling van Julia. Zij maakt in haar studentenhuis ook schoon, bijna
obsessief. Zij houdt van orde en categoriseert van alles. Voorwerpen zet zij in
de juiste volgorde en haar lust tot bewaren gaat zover dat zij sms’jes die zij
krijgt overschrijft om niet verloren te laten gaan.
Aan het begin
van het boek was ik erg benieuwd waar het met haar en haar schoonmaakhuizen heen
zou gaan. Het eerste deel ‘Kennismaking’ bevat veel aanknopingspunten voor een
tragisch-komische roman. Dit komt niet uit de verf en is waarschijnlijk ook
niet de bedoeling geweest van Van Koeveringe. De bewoners zijn stuk voor stuk
behoorlijk verknipt. Julia blijft op afstand. Vaak zegt zij helemaal niets
wanneer er iemand tegen haar aanpraat. De bewoners beziet zij met walging. De
huizen zijn rommelig tot uitermate smerig. De mensen zijn hysterisch,
bemoeizuchtig, bazig, gestrest. Niemand lijkt normaal. En door de ogen van
Julia neemt de walging steeds grotere vormen aan.
Het gaat
slechter met Julia. Slapen doet zij nauwelijks meer. Zij drinkt veel, vreet
ongezond en slikt veel pillen tegen de hoofdpijn. Eerst heb je medelijden met
haar. Later zie je hoe vervelend en verwend ze evenzeer is. ‘Het is maandag
vandaag’ heeft alles in zich om dramatisch te eindigen. Dat doet het niet, maar
verwacht ook geen happy end. Het is zoals de boeken van Wolkers. “Het gaat
zoals dagen iedere dag opnieuw beginnen.” Een ding is duidelijk geworden na het
lezen van dit mooie en opmerkelijke debuut: er is wat grondig mis bij mensen
die hun huis laten schoonmaken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten