‘De
zielhouderij’ is een filosofisch essay, uitgegeven door uitgeverij Academia
Press. In dezelfde reeks verschenen eerder essays van Alicja Gescinska en
Marente de Moor. Olyslaegers’ essay gaat over rituelen. In zijn verhaal mengt
hij herinneringen en beschouwingen. Het is een persoonlijk verhaal. Vertellen ligt
in zijn natuur. De waarheid wordt verteld en niet gezegd.
Een ritueel
geeft een markering in de tijd aan. Het is een moment van rust en bezinning.
Hij onderscheidt ritueel van traditie en ziet dat deze begrippen vaak door
elkaar worden gebruikt. “We hebben met z’n allen een bijzonder nerveuze relatie
met de tijd gekregen. Rust is iets waar velen van ons voor moeten vechten.”
Kleine tradities in bijvoorbeeld een gezin worden rustmomenten, maar voor een
ritueel is meer ruimte en rust nodig.
Om een
ritueel (of ceremonie) te ervaren ondergaat Olyslaegers met zijn vrouw Nikkie
een ayahuasca-ceremonie. Onder leiding van sjamanen uit de Amazone liggen zij
met twintig anderen een weekend lang op matrassen en drinken een zeer sterk
psychoactief brouwsel. Mensen worden hysterisch, gaan braken en huilen. Hij
voelt zich na afloop als herboren, alsof hij uit de baarmoeder kruipt.
Vervolgens
vertelt hij hoe hij zijn eigen leven markeert met een aantal rituelen: bij het
volwassen worden van zijn zoon en ter nagedachtenis aan zijn vader. Zijn
huwelijk met Nikkie is ook een groots ritueel. Voor de burgerlijke stand
trouwen zij niet, maar zij verbinden zich met elkaar in een heksenhuwelijk.
Bijzonder is dat de gelofte die zij afleggen geldt voor vijf jaar. Daarna
kijken de gehuwden opnieuw of zij met elkaar verder willen. Wat een origineel
idee!
Aan het
eind van het boekje ontmoet Olyslaegers twee therapeuten. Zij zetten een
bedrijf op om voor mensen rituelen te bedenken en deze uit te voeren: De
zielhouderij. Liever had ik nog wat meer reflectie gelezen over de zin en
betekenis van rituelen.
Halverwege
de tekst geeft hij aan dat er na de secularisatie en het verlies van betekenis
van de Katholieke kerk er bitter weinig rituelen voor in de plaats zijn
gekomen. Mensen hebben hier echter veel behoefte aan. Dat laatste ben ik met
hem eens, maar ik zie juist dat elke kans om van een gebeurtenis een ritueel te
maken met beide handen wordt aangegrepen. Bij overlijden van publieke figuren
is dat heel duidelijk. Denk aan André Hazes. Maar ook bij het herdenken van
slachtoffers van een misdaad zie je dit verschijnsel: stille tochten, beertjes,
een bloemenzee, e.d. Deze
behoefte lijkt mij universeel. Jammer dat Jeroen Olyslaegers hier niet wat
langer bij stil heeft gestaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten