In films komt regelmatig een schaakbord voorbij. Een beetje
schaker ziet in een ogenblik dat er meestal een onmogelijke stelling op het
bord staat. Staat er wel een normale stelling dan zitten er twee mannen achter een bord met elkaar te
praten. Na bijvoorbeeld een dreigement of een diepzinnige opmerking wordt man 1
door man 2 mat gezet, einde scene. Je vraagt je af waarom een regisseur niet
even een schaker raadpleegt, voordat hij een bord in beeld brengt.
In boeken waar het schaakspel in voorkomt
is het al niet beter. Vooral vertalingen zijn vaak erbarmelijk:
raadslieden, wachters, heren, etc. Het goede nieuws is dat in dit boek van
Bertina Henrichs zulke grove blunders niet voorkomen. De enige echte misser is
dat Eline (de schaakspeelster) met wit speelt en dan kiest voor de versnelde
Draak, terwijl iedere schaker weet dat alleen zwart hiervoor kan kiezen.
De schaakspeelster vertelt het verhaal van Eline, 40-jarig
kamermeisje op een klein Grieks eiland, toevallig in aanraking komt met het
schaakspel en hier verslingerd aan raakt. Haar man mag dit niet weten. In het
dorp wordt afwijkend gedrag niet gewaardeerd en wordt ook nogal geroddeld.
Eline brengt al haar tijd door met schaken en gaat in de leer bij haar vroegere
onderwijzer. Dit gaat uiteindelijk ten koste van haar sociale leven en haar
huwelijk. Het komt uit, haar man is boos en het dorp keurt haar gedrag af. Dan
regelt haar schaakleraar de deelname aan een toernooi in Athene. Eline speelt
intussen behoorlijk goed. Gelukkig - want dat zou een al te erg cliché zijn -
wint zij het toernooi niet, maar speelt er wel sterk. Het dorp hoort van haar
toernooideelname en zonder dat zij het weet, keert de publieke opinie in het
dorp en zelfs haar man wordt trots op haar.
Bertina Henrichs schrijft helder. Er zitten geen losse
endjes in de schaakspeelster. Het boek leest gewoon lekker weg.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten