maandag 27 april 2020

Olga Tokarczuk - Jaag je ploeg over de botten van de doden


Prowadź swój pług przez kości umarłych is een buitengewoon boek. De roman uit 2009 is onlangs uitgegeven in een Nederlandse vertaling van Charlotte Puthuizen en Dirk Zijlstra. Zo’n titel alleen al maakt mij meteen nieuwsgierig: Jaag je ploeg over de botten van de doden.

De hoofdpersoon in de roman heet Janina Duszejko, een bijzondere vrouw van in de zestig. Zij woont op een afgelegen plek in het Zuidwesten van Polen, nabij de Tsjechische grens. In de zomer wonen er wat mensen in het gehucht. In de winter is zij zowat de enige bewoonster. Om in haar levensonderhoud te voorzien past zij ’s winters op de huizen van de anderen. Daarnaast geeft zij Engelse les aan kinderen in het dorp verderop. Het verhaal begint met een dode buurman. Eunjer, de andere permanente bewoner, bonst ’s nachts op haar deur. Samen gaan zij naar het huis van Grootvoet. Hij ligt in een rare houding op de keukenvloer. Hij blijkt gestikt te zijn in een botje van een geschoten ree.

Grootvoet was een jager, net als veel andere bewoners. Hij zette vallen in het bos en stond bekend als stroper. Hoewel hij treurig aan zijn einde is gekomen is, ziet Duszejko er wel een soort rechtvaardigheid in. De Dieren hebben wraak genomen. De Reeën zagen hun zuster gegeten worden en zo is Grootvoet gestikt. Duszejko staat in deze strijd tussen dieren en mensen aan de kant van de dieren. Zij beoefend ook astrologie en is zeer geïnteresseerd in het lot van de mensen die zij tegenkomt. Met een geboortedatum en een geboorteuur komt zij een heel eind met het analyseren van iemands persoonlijkheid. Als dierenactiviste - zij noemt zichzelf niet zo - schrijft zij regelmatig brieven aan de autoriteiten waarin zij zich beklaagt over bijvoorbeeld de jacht.

Enige tijd later valt er een tweede slachtoffer. De Commandant wordt ondersteboven in een put gevonden. Duszejko loopt met een vriend door het bos, wanneer zij hem vinden. Zij ziet onmiddellijk de hoefafdrukken in de directe omgeving. Later zijn de sporen door de regen gewist. In brieven aan de politie en tijdens een verhoor probeert zij uit te leggen dat waarschijnlijk Herten de Commandant in de put geduwd moeten hebben. Zij wordt niet serieus genomen. Prachtig is hoe zij haar argumenten kracht bijzet met voorbeelden uit het verleden waarbij dieren door rechtbanken werden veroordeeld. In 1521 werd in Frankrijk een proces gevoerd tegen Ratten die veel schade veroorzaakten. Zij kregen een pro-Deoadvocaat, maar zij verschenen niet op de procesdag. De Ratten werden uiteindelijk vrijgesproken.

Jaag je ploeg over de botten van de doden wordt een eco-thriller genoemd. Er zit inderdaad een spannend element in het boek: hoe zijn de slachtoffers aan hun einde gekomen? Ook natuur is een belangrijk element in het verhaal. Maar het boek is veel meer. Janina Duszejko is een schitterend karakter. Tokarczuk vertelt het verhaal geheel vanuit haar standpunt. Zo raak je al na één hoofdstuk in de ban van haar wonderlijke kijk op de wereld. Zij geeft mensen die zij tegenkomt een eigen naam. “Ik ben van mening dat ieder van ons een ander Mens op zijn eigen manier ziet, en dus het recht heeft hem een naam te geven die hij geschikt en passend vindt. Zo zijn we veelnamig.” 

Duszejko’s vriendenkring is even eigenaardig. Een broze jongeman komt iedere week bij haar langs om samen gedichten van William Blake te vertalen. Een insectendeskundige, die zij Boros noemt, duikt opeens in het bos op. Zij vertrouwt hem eerst niet, later trekt hij bij haar in. Een aan lager wal geraakte tandarts behandelt de mensen voor zijn huis in een ouderwetse tandartsstoel. Voordat hij kiezen trekt drinkt een patiënt eerst een fles wodka leeg als verdoving. De man bevestigt het vermoeden van Duszejko dat de dieren achter de moorden zitten.

Zij bedenkt soms nieuwe woorden als testosteron autisme, “een langzaam afnemen van de sociale intelligentie en communicatieve vaardigheden.” Mannen op leeftijd krijgen hier vaak last van. Zij worden zwijgzaam, interesseren zich opeens voor allerlei machines en lezen geen romans meer. Leuk zijn ook de vele bespiegelingen over het dagelijkse leven en over bijvoorbeeld kwalen. “Gezondheid is een onzekere toestand en belooft niets goeds. Je kunt beter gewoon ziek zijn, dan weet je tenminste waar je aan doodgaat.”

Prachtig is de scène op het bal van de Vereniging van Paddenstoelenplukkers ‘De Boleet’. Duszejko is door haar buurman Eunjer uitgenodigd. Zij gaat als Wolf, Eunjer is Roodkapje. Tot haar verbazing is zowat het hele dorp lid van deze vereniging. Er mag binnen niet gerookt worden en buiten niet gedronken. Voor sommige bezoekers levert dit een probleem op. Zij staan in de deuropening met in de ene hand een fles bier en in de andere hand een sigaret. De preses houdt een toespraak. Hij gebruikt vaak het stopwoord ‘nietwaar’. Duszejko heeft een theorie over Stopwoorden: “ieder Mens heeft een woord dat hij te veel gebruikt. Of onjuist gebruikt. Dat woord is de sleutel tot zijn brein.” Iemand die het woord ‘nietwaar’ zo vaak gebruikt moet wel liegen.

Het verhaal heeft een geweldige apotheose, waar ik verder niets over zal zeggen. Jaag je ploeg over de botten van de doden speelt net als andere boeken van Tokarczuk af binnen een geïsoleerde gemeenschap. Daarbinnen is haar hoofdpersoon een eenling. Dit is een thema in haar werk. Zij weet met de blik van Duszejko een vreemde sfeer op te roepen. Het boek is humoristisch, spannend en wonderlijk. Het is een uitstekende introductie op het werk van Olga Tokarczuk. Ik raad iedereen aan zich naar de boekhandel te spoeden om dit meesterwerk aan te schaffen.

Omdat je eindeloos kunt citeren uit dit boek, nog een citaat ter afsluiting. “ Weet u, ik heb soms de indruk dat we in een wereld leven die we zelf bedenken. We bepalen at goed is en wat niet, we tekenen schema’s van wat zinvol is en wat niet… En dan worstelen we onze hele leven met wat we zelf hebben uitgedacht. Het probleem is dat iedereen zijn eigen versie heeft, en daarom hebben mensen moeite om elkaar te begrijpen.” 

Geen opmerkingen: