In de bibliotheek zag ik vlak voordat we naar Stockholm
gingen dit boek uitgestald staan. Nadat ik de eerste pagina had gelezen heb ik het toch maar
aangeschaft in plaats van geleend. Op deze eerste pagina stelt Emants dat driekwart van de
reizigers voor hun plezier reist, anders gezegd om te ontsnappen aan de
verveling. “Het overblijvende vierde deel bestaat uit reiziger voor
wetenschappelijke doeleinden, voor kunst, voor torpedostelsels, voor
mensenkennis, enzovoorts…”
In een noot geeft Emants aan in ’t bijzonder Zweden te bezoeken vanwege deze torpedostelsels. Dit was voor mij voldoende om het boek te kopen. In het hele werk komt natuurlijk verder geen torpedostelsel voor.
In een noot geeft Emants aan in ’t bijzonder Zweden te bezoeken vanwege deze torpedostelsels. Dit was voor mij voldoende om het boek te kopen. In het hele werk komt natuurlijk verder geen torpedostelsel voor.
Marcellus Emants kennen we vooral van slepende
sombere romans als ‘De Inwijding’ en ‘Waan’. In dit reisverslag is hij veel
luchtiger. Hij heeft het op jeugdige leeftijd in afleveringen geschreven. Het
boek is maar ten dele geslaagd. Wanneer hij echt wat meemaakt, leuke mensen
ontmoet of ontberingen ondergaat is hij in zijn element en schrijft hij op zijn best.
Zo is zijn tocht naar en in Lappmarken het hoogtepunt van dit boek: bizarre types, veel alcohol en rare details. Zijn beschrijving van bijvoorbeeld Stockholm daarentegen is ronduit saai en lijkt overgepend uit een reisgids. Het taalgebruik is heerlijk ouderwets. Het woord ‘dikwerf’ gebruikt hij geregeld. Een mooi woord dat een tweede leven verdiend. Bijvoorbeeld in de zin: “Vandaag trof ik mijn oude studiegenote Edith aan halverwege de brug over de Statensingel; zij bekende dikwerf mijn stukjes op facebook te lezen, doch er zelden op te reageren. Zij zegde toe hierin verandering aan te brengen.”
Zo is zijn tocht naar en in Lappmarken het hoogtepunt van dit boek: bizarre types, veel alcohol en rare details. Zijn beschrijving van bijvoorbeeld Stockholm daarentegen is ronduit saai en lijkt overgepend uit een reisgids. Het taalgebruik is heerlijk ouderwets. Het woord ‘dikwerf’ gebruikt hij geregeld. Een mooi woord dat een tweede leven verdiend. Bijvoorbeeld in de zin: “Vandaag trof ik mijn oude studiegenote Edith aan halverwege de brug over de Statensingel; zij bekende dikwerf mijn stukjes op facebook te lezen, doch er zelden op te reageren. Zij zegde toe hierin verandering aan te brengen.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten