Stasiuk is een populaire Poolse schrijver die het eens niet
een heel boek lang over de oorlog heeft. Hij is dan ook van 1960. De Galicische
vertellingen gaan over een aantal inwoners uit een klein Pools dorpje. Het zijn
15 verhalen die samen een geheel vormen.
Stasiuk schrijft beeldend, met voor mij iets te veel gezochte vergelijkingen. Er komen wat bovennatuurlijke gebeurtenissen in voor, hoewel dit ook hallucinaties kunnen zijn. De dorpelingen zijn nogal primitief. De routine drinken, slaan, slapen is erg bekend bij de inwoners. Er woont een omaatje die krom gebogen door het dorp loopt. Haar 7 dochters zijn weg, alleen een schoonzoon terroriseert haar nog. Er woont een veldwachter en een priester in het dorp. Verder wat oude mannetjes die rond schuifelen. Er gebeuren ongelukken en er vindt een moord plaats. Kortom, een doorsnee Pools dorpje.
Stasiuk schrijft beeldend, met voor mij iets te veel gezochte vergelijkingen. Er komen wat bovennatuurlijke gebeurtenissen in voor, hoewel dit ook hallucinaties kunnen zijn. De dorpelingen zijn nogal primitief. De routine drinken, slaan, slapen is erg bekend bij de inwoners. Er woont een omaatje die krom gebogen door het dorp loopt. Haar 7 dochters zijn weg, alleen een schoonzoon terroriseert haar nog. Er woont een veldwachter en een priester in het dorp. Verder wat oude mannetjes die rond schuifelen. Er gebeuren ongelukken en er vindt een moord plaats. Kortom, een doorsnee Pools dorpje.
Janek pakt op een goede dag zijn tractor en vertrekt naar
een paar keten in het bos om te werken als houtkapper. Na een paar weken werken
volgt de ontspanning. “Eindelijk kan hij gaan zitten, kan hij zijn lichaam
laten rusten, zijn spieren ontspannen zich, net als zijn tong, en tenslotte
zijn verstand, alles gaat richting onbeweeglijkheid, naar een ultieme vorm van
ontspanning. ‘Wij waren al gevloerd toen de politie kwam. Een op de trap en de rest
binnen, zoals het uitkwam. Ze hebben een proces-verbaal opgesteld, alsof wij
grote schade hebben aangericht, een paar glazen, ijzeren stoelen, er viel niets
te breken, de ruiten zijn heel gebleven. Vluchten? Wie had daar zin in? Met
geen arm of been. Het was de derde dag van het feest.’”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten