maandag 12 december 2022

Marli Huijer – De toekomst van het sterven


Sterven is steeds minder zichtbaar in onze maatschappij, we leven alsof we het eeuwige leven hebben. Overleven staat overal, met name binnen de gezondheidszorg voorop. Huijer pleit in De toekomst van het sterven voor meer zichtbaarheid van de dood en voor andere waarden dan zo lang mogelijk blijven leven. Voorbeelden die zij geeft van mensen die afzien van medische zorg zijn soms pijnlijk. Het wordt nauwelijks geaccepteerd als iemand ervoor kiest om geen behandeling te ondergaan en thuis omringd door vrienden te willen sterven in plaats van een half jaar langer te leven in een medische omgeving met alle ingrijpende behandelingen die daarbij horen.

 

Zij vraagt naar de betekenis van lijden en van het stervensproces. Na heel wat zijpaden concludeert zij dat deze vooral bij de nabestaanden ligt. Zij kunnen afscheid nemen. Het sterfproces van dichtbij meemaken kan louterend en relativerend werken. Huijer zegt dat veel ouderen te lang de dood op afstand willen houden en blijven rekenen op medisch specialisten. Het duurt bij het naderend einde dan soms een paar gesprekken “om uit te leggen dat de onsterfelijkheidsprofeten het voorlopig niet bij het rechte eind hebben.”

 

De auteur gaat op zoek naar het juiste moment van sterven en de juiste duur van een betekenisvol leven. Ze bespreekt kort wat een aantal filosofen erover heeft gezegd, waaronder Michel Foucault. Hij ziet vooral machtsstructuren die erop uit zijn mensen te laten geloven dat gezondheid de hoogste waarde in het leven is. Ik begrijp niet helemaal wat er verkeerd is aan het wegnemen van pijn en het verzachten van ongemak, maar Foucault ziet dit kennelijk als iets ernstigs. Dan introduceert Huijer het idee van een rechthoekig leven, waarbij iemand vooraf weet dat het plots afgelopen is met 100 jaar. “Rechthoekig levende mensen zijn goed voorbereid op de plotselinge dood op zeer hoge leeftijd, maar niet op het sterven dat eerder komt.” Vervolgens gaat zij deze manier van sterven bekritiseren, waarbij zij niet helemaal duidelijk maakt wat erop tegen is. Maar meer vraag ik mij af waarom zij dit concept eigenlijk inbrengt als zij het alleen bekritiseren wil. In een volgend hoofdstuk geeft zij dat weer aan dat de waardering voor acuut sterven laag is en ook hier is zij kritisch op. Het zou voor ons een te vermijden ‘risico’ zijn geworden.

 

Halverwege kon ik haar verhaal steeds moeilijker volgen. Ik begreep niet wat ze nu eigenlijk wil zeggen. Zij beschrijft een jeugdherinnering waarin zij op school een opdracht maakte over een samenlevingsconcept, waarbij twaalf personen belangrijk waren. Dan schrijft ze. “Dat getal van twaalf sluit niet toevallig aan bij het Bijbelse beeld van Jacob, die op zijn sterfbed zijn twaalf zonen bijeenriep.” Ze noemt nog even de twaalf apostelen en meldt dat in een hospice er ook weleens twaalf mensen om een sterfbed zitten. Haar vrees is dat in de toekomst, met mensen die steeds ouder worden, deze twaalf niet meer worden gehaald. Zo staan er meer onnavolgbare redeneringen in het boek. Een opmerkelijke uitspraak vond ik “dat een samenleving en politiek die het lijden en sterven niet waarderen, daarmee ook de mensen die lijden en sterven niet waarderen.” Dat is toch al te gortig. Het sterven is in veel gevallen nog steeds iets wat je overkomt. Vergelijk het met zinloos geweld. Als je zinloos geweld niet waardeert en afkeurt, dan keur je toch niet de slachtoffers van zinloos geweld af.

 

Tegen het einde van het boek gaat het over eenzaamheid en houdt Marli Huijer een pleidooi voor meer betrokkenheid van ouderen in alle lagen van de samenleving en voor het meer mengen van oud en jong. Zij geeft wat goede voorbeelden, maar zelf heb ik het gevoel dat ouderen juist op veel plekken meer en meer zichtbaar zijn, zoals in televisieprogramma’s. Dat neemt natuurlijk niet weg dat eenzaamheid een groot probleem is onder ouderen. 

 

De kernvraag die zij in het slothoofdstuk opwerpt is hoe regie houden over de laatste levensfase. Dit is niet eenvoudig. Het gaat over aanvaarding, openheid tegenover je naasten en, als je daartoe in staat bent, een eigen afweging maken wat het juiste moment is om te vertrekken. In De toekomst van het sterven komen interessante onderwerpen voorbij, maar door een aantal kromme redeneringen in het verhaal vond ik het slecht leesbaar. Dat is jammer.

2 opmerkingen:

Lalagè zei

Dank voor je bespreking. Ik ben wel benieuwd naar dit boek. Bij gesprekken over de dood maakt het erg uit of je gelooft of er hierna nog iets is en hoe dat er dan uitziet. Komt dat in dit boek ook aan bod?

Alek Dabrowski zei

Dag, nee dat komt in het boek helemaal niet aan de orde. Groet, Alek