vrijdag 12 augustus 2016

Marius Zeven - Bibliografie A.L. Snijders

A.L. Snijders debuteerde op latere leeftijd, hij was 49 jaar. In 1971 verliet hij Amsterdam om zich te vestigde in het Achterhoekse Lochem. Hij gaf hier les aan de politie-opleidingsschool. Altijd was hij al een verwoed brievenschrijver geweest, maar nu schreef hij dagelijks naar de mensen die niet zo snel meer bij hem over de vloer kwamen. Jan Vrijman, werkzaam bij het Parool, kreeg zijn brieven onder ogen en gaf hem ruimte in zijn krant. Dat was in 1986.


Peter Müller is zijn echte naam. Voor het Parool vond hij deze Duitse naam niet zo geschikt. Hij koos vrij willekeurig het pseudoniem A.L. Snijders, een naam die weinig tot de verbeelding sprak. Dat was opzet. Hij is geen strijder of snijder, maar een anarchist van het zachtaardige soort.

Vanaf de eerste publicaties in het Parool heeft hij een trouwe club bewonderaars. Zijn stukjes worden geplaatst in kranten buiten de Randstad, zoals het Deventer Dagblad en Het Utrechts Nieuwsblad. Hij verwerft een groot lezerspubliek. En hij schrijft enorm veel.

Het is een uitdaging om dit hele oeuvre in kaart te brengen. Marius Zeven is erin geslaagd. Niet alleen zijn in deze bibliografie uiteraard alle boekpublicaties opgenomen – te beginnen bij ‘Ik leef aan de rand van de wereld uit 1992 – maar ook alle bijdrage aan dagbladen, verzamelbundels, tijdschriften, e.d. Daarnaast geeft hij een overzicht van interviews, recensies en citeert hij anderen die over A.L. Snijders schrijven.

Zeven streefde uiteraard naar volledigheid. Of hem dat gelukt is kan ik niet beoordelen. Wel is duidelijk dat na 2011, het jaar van deze uitgave, A.L. Snijders volop heeft doorgeschreven. Wat er over hem wordt geschreven is ondoenlijk om nog in één boek bij elkaar te brengen. Na zijn optredens op televisie en zijn deelname aan de campagne Nederland Leest in 2015 jaar is A.L. Snijders bijna een bekende Nederlander geworden.

Naast een bibliografie bevat dit prachtig uitgegeven boek een reeks bijdragen over A.L. Snijders, een soort vriendenboek, en een aantal niet eerder in boekvorm gepubliceerde zkv’s.

De vrienden van A.L. Snijders vertellen hoe zij hem hebben ontmoet of wat hij voor hen heeft betekent. Jaap Scholten is door hem schrijver geworden. Hij kwam via de dochter van A.L. Snijders in de Spartaanse boerderij terecht. Hier hoorde hij voor het eerst meer over Hermans, Nescio, Reve, Elsschot, e.a. Hij ging lezen en hij ging schrijven.

De merkwaardigste bijdrage uit het onderdeel vriendenboek is van L.H. Wiener. Hij schrijft niet graag over vriendschappen. ”Wat is vriendschap anders dan uitgestelde vijandschap?” Maar met A.L. Snijders was het er tot dan toe niet van gekomen om ruzie te maken. Zij ontmoetten elkaar voor het eerst bij een radioprogramma.

A.L. Snijders bleek zijn werk goed te kennen. En L.H. Wiener was vooral onder de indruk van zijn ontspannen manier van voordragen. Zijn vriendenstuk gaat over in een verhandeling over het schrijven: vorm, stijl, expressie, waarheid, kunst. “Dus schrijven en niet zeiken, want zeiken kan iedereen, maar schrijven niet.”

De zkv’s in deze bundel waren in 2011 nieuw, maar veel kwam mij bekend voor. Een aantal stukken is waarschijnlijk later in een van zijn andere bundels terecht gekomen. Het beste is eigenlijk om A.L. Snijders gewoon te citeren. Het wat langere stuk ‘Caravan’ kun je geen zkv meer noemen. A.L. Snijders koopt een caravan. Een vriend vraagt of hij naar Zuid-Frankrijk komt met de caravan. Onderweg neemt hij een liftster mee.

“Dit meisje was niet slecht. Soms zei ze wat, soms zweeg ze. Ze had een poging gedaan om industriële vormgeving te studeren en het was haar inderdaad gelukt het toelatingsexamen te halen met het ‘visualiseren van een gedicht’. Ik vroeg haar welk gedicht, maar dat wist ze niet meer. Het visualiseren had bestaan uit het vullen van een jampotje met een laagje modder waarop een stoeltje dreef. In de trein naar het examen had ze het zorgvuldig recht moeten houden, het stoeltje mocht niet in een modderlawine ten onder gaan. Het was gelukt, misschien was zij daarom geslaagd. Ik piekerde wel vijftig kilometer over het gedicht dat deze fantasie in werking had gezet, maar mijn kennis bleek beperkt.”


Bij aankomst worden het meisje en de vriend op slag verliefd. Zij blijft een paar maanden bij hem wonen. Met de caravan wordt een berig varken vervoerd. Het moest onder de beer. Het varken sloopt de caravan. A.L. Snijders rijdt met zestig kilometer per uur terug naar Nederland. Daar wordt de stinkende caravan afgekeurd.

Geen opmerkingen: