Georges
Perec is een obscure schrijver. Zijn werk is verrassend. In ieder boek is er
wel iets geks aan de hand. Lezen over zijn leven en werk verklaart veel over
zijn obsessies en de regels die hij zichzelf oplegde. Dit boek van Van Monfrans
heet niet voor niets ‘Georges Perec, een gebruiksaanwijzing’.
De ouders
van Georges Perec kwamen uit Polen. Zij waren Joods en ontvluchtten na de
Eerste Wereldoorlog hun woonplaats in de buurt van Lublin. In Frankrijk waanden
zij zich veilig. Georges werd geboren in 1936
en kreeg de Franse nationaliteit. Tijdens de Duitse inval sneuvelde zijn
vader. Zijn moeder werd in 1943 tijdens een Parijse razzia opgepakt en naar Auschwitz
afgevoerd. Georges was ondergebracht bij familie op het platteland. Als wees
groeide hij op bij familie en hij woonde een tijd op een kostschool. Georges werd
later geconfronteerd met de Franse bureaucratie. Voor zijn moeder was een acte
van vermissing opgesteld. Pas in 1958 werd zij doodverklaard.
Zijn jeugd
geeft volop aanknopingspunten voor het begrijpen van zijn latere werk.
Vermissing, het ontbreken van iets, de lege ruimte, het is een van de
belangrijkste thema’s in zijn boeken. Begin jaren zestig wordt Georges Perec
documentalist bij een bekend instituut voor slaaponderzoek. Tot 1978 zal hij
hier blijven werken. Slapen en dromen zijn onderwerpen die vaak opduiken in
zijn werk.
Perec
verdiept zich intensief in auteurs die hij bewondert, zoals Kafka, Proust,
Melville en Flaubert. Overal in zijn boeken kom je citaten en aangepaste
citaten van hen tegen. Een andere interessante lijn is zijn obsessie met
getallen. Van Montfrans laat zien dat veel getallen verwijzen naar bijvoorbeeld
belangrijke datums uit zijn persoonlijke leven. Je kunt dit zien als pogingen
om zijn autobiografie te schrijven. Explicieter probeerde hij dit in
zelfportretten met de titels ‘De leeftijd’ en ‘Plaatsen waar ik heb geslapen’.
Hij slaagde hier niet in.
Het contact
met het genootschap Oulipo was voor hem een bevrijding. Oulipianen stellen
zichzelf strikte eisen aan teksten op basis van mathematische modellen. Het
genootschap kende ook wiskundigen onder haar leden. Een voorbeeld van een tekst
van Perec die hieruit ontstond is ‘La Disparition, vertaald als ‘t Manco, een
roman waarin de letter e ontbreekt.
Perec houdt
van dit soort uitdagingen, maar slaagt er ook in zich niet aan de zelf
opgelegde regels te houden. Zijn bekendste boek ‘Het leven een
gebruiksaanwijzing’ is een beschrijving van 99 kamers in een groot huis. Alle
voorwerpen worden nauwkeurig beschreven, de volgorde van de kamers ligt vast.
Het hele boek is doordrongen van strikte regels en series getallen. Toch
ontbreekt er een kamer, de lege ruimte. Het voert te ver dit in detail uit te
leggen, maar erover lezen in deze gebruiksaanwijzing voegt veel toe aan het
lezen van Perecs werk zelf.
Perec
combineert in boeken als ‘W of de jeugdherinnering’ pijnlijke autobiografisch
verhalen met fantastische beschrijving van niet bestaande werelden. Dit kun je
interpreteren als zijn manier om om te gaan met zijn verleden. Het boek wordt
door Van Montfrans beschouwt als een sleuteltekst in het werk van Perec. De
leegte, vervalsing, het geheugen en het goochelen met getallen komen erin voor.
De W in de
titel verwijst naar allerlei andere letters en tekens. De uitspraak van zijn
eigen achternaam heeft er waarschijnlijk voor gezorgd dat hij niet als Jood
werd gezien. Van Montfrans schrijft hierover. “Perec is ervan doordrongen dat in
bepaalde perioden van de geschiedenis het lot de vorm van een alfabet aanneemt:
het minuscule verschil tussen de spelling en de uitspraak van een naam kan van
levensbelang zijn.”
Als
liefhebber van het werk van Georges Perec is het bijzonder boeiend om deze
achtergronden te lezen. Een volgend project is het lezen van de vuistdikke
biografie die David Bellos schreef over Georges Perec.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten