vrijdag 1 december 2017

Andrew Miller - Puur

Andrew Miller is een populaire Engelse schrijver. Zijn werk is in vele talen vertaald. ‘Puur’ is uit 2011. Het is zijn zesde roman. Het verhaal van ingenieur Jean-Baptiste Baratte speelt in het Parijs van 1785. Hij heeft de opdracht de oude begraafplaats Saint-Innocents te ontruimen.


Vanaf de eerste pagina was ik het verhaal ingetrokken. De sfeer van die tijd, het stinkende Parijs, de manier waarop de mensen woonden en in hun levensonderhoud voorzagen is heel beeldend beschreven. Je kunt merken dat Miller zich goed in de geschiedenis heeft ingelezen. Ik moest meteen denken aan het boek ‘L'Homme devant la mort’ van Philippe Ariès. Na lezing zocht ik het op. Miller was zelfs door dit boek geïnspireerd om ‘Puur’ te schrijven.

De opdracht die de jonge ingenieur krijgt komt rechtstreeks van het ministerie. In het eerste hoofdstuk gaat hij naar het paleis van Versailles. Er volgt een kort sollicitatiegesprek, waarna hem om discretie wordt gevraagd bij deze grote opdracht. “Die begraafplaats heeft langer dan wie zich kan heugen de lijken van Parijs opgeslorpt.” Er zijn klachten. De stank is enorm. Er brak zelfs een muur door, waarna de lijken iemands kelder binnenstroomden. Zelfs de koning maakt zich ongerust. Er is geen sprake van onderhandelen. Baratte moet de opdracht uitvoeren.

De beschrijving van de plek, een begraafplaats die uitpuilt van de tienduizenden lijken, is prachtig gedaan. Jean-Baptiste arriveert er, hij woont bij een gezin in, dat tegen het kerkhof aan woont. Overal ruikt hij de muffe stank. Het eten smaakt ernaar, de mensen ademen het uit. Hij moet er erg aan wennen. Omdat verwacht wordt dat niet alle bewoners in de buurt de ontruiming meteen zullen accepteren, gaat Jean-Baptiste omzichtig te werk. Hij sluit vriendschap met de flamboyante organist van kerk bij de begraafplaats. Een kerk die overigens ook geruimd moet worden. De mooie dochter van het gezin waar hij woont, probeert hij op afstand te houden. Miller beschrijft de omgangsvormen die kennelijk in die tijd golden. Er is veel prostitutie - soms vanaf zeer jonge leeftijd - en ongetrouwde samenwoning en alles wat daar tussenin zat.

Om het werk te kunnen doen huurt hij via een oude vriend dertig mijnwerkers in. Stapsgewijs wordt de begraafplaats afgegraven. Uit een diepe kuil worden de beenderen gehaald en de kisten, die er mogelijk nog liggen opengebroken. De botten vormen hoge stapels, die later afgevoerd moeten worden. Dit afvoeren heeft wat vertraging opgelopen. “Maar zelfs een paar weken zou bij dit werktempo van de begraafplaats een doolhof maken. Dan gaan ze elkaar kwijtraken in gangen van beenderen.”

De hele operatie brengt spanning met zich mee. De mijnwerkers zijn zwijgzaam en zijn steeds bij het openen van de kisten “in afwachting van iets gruwelijks’. Dit is de eerste verhaallijn: de relatie tussen Baratte en de werklui, met daartussen de relatie met zijn oude vriend. In hoeverre is het werk te verdragen? En accepteren de mensen waar hij mee werkt zijn leiderschap? Daarnaast is de inwoning bij het gezin met dochter een bron van spanning en verwikkelingen. Baratte negeert de dochter. Hij heeft meer interesse in een hoertje dat in de buurt regelmatig rondloopt.

Op de achtergrond van dit verhaal lees je de maatschappelijke veranderingen die er gaande zijn. Er worden leuzen gekalkt op de muren van de begraafplaats. Er zijn modernen die zich roeren. Baratte en zijn jeugdvriend behoorden hiertoe. Hij heeft wat afstand genomen van de utopische ideeën uit zijn jeugd, wat hem niet in dank wordt afgenomen. Een paar jaar later zou de Franse Revolutie uitbreken.


Over het verloop van he verhaal wil ik verder niets loslaten. Dat zou het leesplezier kunnen bederven. Ik las het boek in twee dagen uit. De verhaallijnen sluiten goed op elkaar aan. Er komt liefde, vriendschap, doodslag en zelfmoord in voor. Wat wil je nog meer? De historische dimensie, het oude Parijs, is goed weergegeven. En in het hele verhaal blijf je een mysterieuze sfeer proeven.

Geen opmerkingen: