De verhalen
in deze bundel van Daniël Dee hebben schijnbaar telkens een andere hoofdpersoon.
Maar de puber van veertien die ontmaagd wordt, de man die op een
vakantie-eiland een gezin achtervolgt of de werkloze vrijgezel lijken verdacht
veel op elkaar. Wat zij gemeen hebben is: verveeldheid, gevoelloosheid en een
obsessie met drank en seks. Zij zijn niet in staat iets van het leven te maken,
hoe goedbedoeld de omgeving in de vorm van een moeder of vriendin hen daarin ook
stimuleert.
Eén verhaal
- het eerste in de bundel – wijkt hiervan af. Het begint ijzersterk. De
verteller geeft aan dat wie begeerte nastreeft eraan sterft. Ik zijn geval
geldt dat zeker: “Elke keer wanneer ik neuk kom ik meteen vijf kilo aan.” Het
is een absurde vertelling die natuurlijk verkeerd afloopt voor deze hoofdpersoon.
De andere
verhalen zijn realistischer, maar sterven aan begeerte is wel een rode draad.
In bijna elk verhaal komt een meisje of vrouw voor waar de hoofdpersoon een
verstoorde relatie mee heeft. Zij wil bij hem weg, of andersom. Maar meestal weet
hij niet wat hij wil en voelt hij zich leeg.
In het
verhaal ‘Vastgelopen’ is de hoofdpersoon jarig. ”Negentien jaar liep ik al rond
op deze wereld. Het kleine stukje dat ik tot dusver had mogen zien kon me niet
bekoren en ik vreesde dat de rest ook niet veel soeps zou zijn.” Hij krijgt
cadeautjes van zijn moeder en van zijn vriendin Jolanda: een fototoestel en
fotoalbum. De werkdag in de supermarkt verloopt dramatisch. Thuis zoekt hij
naar foto’s met zijn vorige vriendin. Toen was hij gelukkig. Jolanda betrapt
hem en verlaat het huis De leuke verrassing die zij voor hem in petto had kan
hij nu wel vergeten.
In ‘Redden
wat er te redden valt’ is een stel op vakantie in Valkenburg. Hij denkt terug
aan vroeger, toen zij het elke dag overal deden in zijn kleine appartement. Nu
is hun relatie doodgebloed. De vriendin wil praten. “We moeten gaan trouwen en
kinderen nemen.”
Daniël Dee weet zaken plastisch te beschrijven. Een verhaal waarin iemand een paar maal de
hoeren bezoekt, kijkt de man naar de vuilnisbak waar het gebruikte condoom in
verdwijnt. “Ik zag het beeld van krioelende, melkgele piertjes in een emmer
voor me.” In hetzelfde verhaal bezoekt hij een Bulgaarse. Hij is in topvorm,
vanwege de drank. “Zoals ik alles in die dagen – positief en negatief – dacht
te moeten danken aan de drank.”
Zo zijn de
meeste verhalen doordrenkt van drank en hopeloze relaties. Het mooiste verhaal
vind ik ‘De terugkeer van Benji’. Naast de vaste ingrediënten kent dit verhaal
ook een licht absurde wending. De man heeft sinds kort een relatie met Furie. Veel
te snel is hij bij haar ingetrokken. De ex van Furie, een man met
stalker-neigingen, komt bij hen in de straat wonen. De twee mannen moeten
elkaar wel tegen het lijf lopen. De ex ontsteekt in woede. Wanneer de man
bijkomt is de ex verdwenen en likt een hond zijn gezicht af. De Benji-hond
volgt hem naar huis en trekt bij het stel in. De ex wordt nooit meer teruggezien.
Naast
dichter is Daniël Dee een goed verhalenschrijver. Zijn thematiek is wat
eenzijdig, maar binnen dit thema weet hij voldoende te variëren om een hele
bundel spannend te houden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten