Het verzamelen
van Bob den Uyl boeken is een verslavende hobby. Na het kopen van alle gangbare
verhalenbundels, vervolgt men met het kopen van de verschillende drukken per
boek, dan de verzamelbundels, de tijdschriften waarin hij schreef en natuurlijk
de boeken en boekjes over Bob den Uyl. Tot slot ligt er een kostbare wereld
open van de bijzondere uitgaven in kleine oplagen.
Bob’s
trompet is een grappig klein boekje. Ik had het nog niet, maar nu wel! Ivar
Schute, een groot verzamelaar van Uyliania (is dat een woord?) vertelt in Bob’s
trompet over zijn verzameling.
Zijn
duurste aankoop is het zeer zeldzame ‘Zesentwintig’. Een van de mooiste uitgaven van de Rotterdamse uitgeverij Bébert. Het boek bestaat uit losse bladen in een
roodlinnen cassette. Het bevat foto’s met teksten, van onder anderen Bob den
Uyl.
Schute
bewaart zijn exemplaar in een kussensloop. “Eén keer heb ik het aangedurfd,
alle bladen om te slaan, de in kartonnen passepartouts gestoken polaroids, door
vloeibladen gescheiden van het geschepte papier. En heel merkwaardig, ik heb de
teksten nog gelezen ook.” Hier spreekt de ware liefhebber.
Voorafgaand
aan deze verzamelaarsontboezemingen verhaalt Schute over zijn ontmoeting met
Bob den Uyl. Als student – toen al liefhebber – nodigde hij de schrijver uit
voor een literaire avond op een Leidse studentensociëteit. Hij haalde hem per
auto op van het station. Onderweg wilde Den Uyl graag naar de Leidse Burcht.
Daar aangekomen snelde hij naar boven, pakte zijn trompet uit het meegebrachte
koffertje en vrolijk blies hij een kort deuntje, iets blues-achtigs.
Zelf is
Schute de eerste die toegeeft dat het verhaal niet helemaal met de waarheid
overeen zal stemmen. Hij beleefde het waarschijnlijk wel zo in eigen hoofd,
zoals ook in het hoofd van Bob den Uyl de mooiste reisverhalen ontsproten, die door
zijn vrouw en zoon, vaak mee op reis, waarschijnlijk nauwelijks herkend werden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten