zaterdag 4 juni 2016

Stefan Nieuwenhuis – Ik ben omringd door debielen en ik voel me goed

David is Arbo-medewerker. Het is een walgelijke kerel, een cynische fantast. Hij haat alle mensen om zich heen, maar wil zich aan hen ook beter voordoen dan hij is. Wanneer hij onverwacht ontslagen wordt, houdt hij de schijn op van werkende man, die ’s morgens zijn Vinex-woning verlaat en gedag zwaait naar zijn buurman.

‘Ik ben omringd door debielen en ik voel me goed’ is het romandebuut van Stefan Nieuwenhuis uit 2005. Daarna zijn er van hem geen romans meer verschenen. Als Arbo-medewerker heeft David jarenlang te maken met steeds dezelfde gezichten: “de kneuzen van mijn eigen werkkring.” Het beginsalaris was zijn enige motivatie voor dit werk. Na drie jaar werkervaring zou hij wel overstappen naar een echte baan. Het is er nooit van gekomen.

“Het zal mij benieuwen waar ze nu weer mee komt. Het verhaal van de vorige keer was zo lachwekkend dat ik er pijn van in mijn zij had. Ineens had mevrouw RSI-verschijnselen in haar knieën waardoor licht administratief werk onmogelijk zou zijn. Ze had gelijk gekregen van haar dokter en ik moest ook overstag. Dat was vorige week. Over een kwartier zal ze zich bij me melden, met een gedetailleerd rapport van de dokter. Ik wil wel eens zien met wat voor diagnose die kwakzalver me denkt in te pakken.”

Zo begint het boek. De toon is gezet. Wanneer er die dag een delegatie van het hoofdkantoor langs komt is dat lachen geblazen. Dat verandert wanneer de eerste mensen te horen krijgen dat zij eruit vliegen. De enige persoon waar David sympathie voor koestert, Scott, blijkt juist diegene te zijn die hem vertelt dat het bedrijf ook afscheid van hem gaat nemen.

David is nogal ziek in zijn hoofd. Hij lijmt als wraakactie sloten dicht, sloopt met zijn auto de nieuwe aanplant en denkt dat niemand het ziet. Thuisgekomen wil hij zijn vrouw niet verontrusten en zegt hij niets over zijn ontslag. Dit houdt hij zo lang mogelijk vol. Telkens verzint hij nieuwe verhalen om zijn omgeving te doen geloven dat het uitstekend met hem gaat.

Zijn vrouw Mandy ligt ondertussen hele dagen op de bank televisie te kijken. David beschrijft haar consequent als een half debiel wicht, verslaafd aan de medicijnen. Wanneer hij zijn huis binnengaat fantaseert hij over haar.

“Vanaf de bank klinkt de verveelde vraag of ik het ben. Ik hoop zelf dat het iemand anders is. Een onopvallende illegaal, die haar de hersens inslaat met een kachelpook en op zoek gaat naar de huishoudportemonnee, maar niet voordat hij haar heeft betast, want als je man bent zijn er weinig situaties waarin je een onbekende vrouw kunt betasten. Bovendien is Mandy dan toch nog warm, dus heel vreemd is het eigenlijk niet.”

De dagen brengt David op een vakantiepark in algehele verveling door. Hij maakt ruzie met de mensen om zich heen, maar geniet hier zelf niet echt van. Zijn buurman, die hij wijsgemaakt heeft dat hij aan een zeldzame ziekte lijdt, ontfermt zich over hem.

De buurman neemt hem mee naar een voetbalwedstrijd van de pupillen die hij traint. David ziet de armoede, maar ook de onherstelbare schade die een trainer kan aanrichten. “Het zou voor mij een reden zijn om trainer te worden, maar daarvoor interesseren deze kinderen mij te weinig. Ze komen allemaal uit een postcodegebied waar ik geen sympathie voor koester.”

Dit sarcasme houdt David het hele boek vol. Hij is arrogant, racistisch en blijft geloven in zijn eigen verzinsels. Het moet wel slecht met hem aflopen. En dat doet het ook. In een supermarkt uit het onderste segment ligt er voor hem als assistent-bedrijfsleider een nieuwe toekomst open.

David is een walgelijk personage, maar  ‘Ik ben omringd door debielen en ik voel me goed’ is een geweldig boek. Hopelijk komt Stefan Nieuwenhuis ooit met een tweede roman.

Geen opmerkingen: