maandag 29 februari 2016

Ozcan Akyol - Eus


Na het lezen van Turis wilde ik meteen het debuut van Özcan Akyol lezen. ‘Eus’ is een schelmenroman. Akyol beschrijft zijn jeugd en de jaren erna, waarin hij ontspoort. Hij groeit op in de Koekstad (Deventer) tussen de Batsen, zoals de Turken in het hele boek consequent worden genoemd. Akyol vertelt zij levensverhaal strikt chronologisch. In de eerste hoofdstukken is hij kind, speelt op straat met andere Turkse kinderen. Zij halen samen kattenkwaad uit. Toch is hij anders dan andere kinderen. Zijn kwaadaardige en drankzuchtige vader Turis drukt een enorm stempel op zijn jeugd en op het hele gezin. Eus heeft twee oudere broers.

Zij kijken geen Turkse televisie, want Turis vindt dit geldverspilling. En de kinderen worden niet als moslims opgevoed. De volgzame moeder is niet in staat er iets aan te veranderen. Op school schaamt Eus zich voor zijn ouders. Hij doet net of hij meedoet met de ramadan.

De jeugd-hoofdstukken vind ik het beste deel van dit debuut. Hij had er wat mij betreft wel een heel boek aan mogen wijden. Schitterend is de passage waarin de hele familie naar Turkije vliegt voor vakantie: de overvolle koffers, de stank, Eus die misselijk wordt in het vliegtuig en Turis die hem afblaft.

Turis heeft een televisie meegenomen naar Turkije. Uiteraard wordt deze aan de grens in beslag genomen. Er moeten invoerrechten over worden betaald. Turis wordt gek, weigert te betalen. Het hele gezin wacht tot diep in de nacht bij een opslagloods. Uiteindelijk geeft Turis zich gewonnen. Hij betaalt zich blauw en de televisie gaat diezelfde zomer nog kapot. Volgens Turis is het de schuld van teletekst.

Op school raakt Eus in de ban van meisjes. Hij is verliefd op Lieke en probeert de aandacht te trekken door haar uit te schelden en te laten struikelen. Eén keer spoot hij een bus strontspray leeg op haar kleding. Dan schrijft hij een liefdesbrief. Hij is ontzet als hij een koekje van eigen deeg krijgt. Na het succesvol afronden van de Mavo schrijft Eus zich in voor een Mbo-opleiding. Hij ziet de school amper van binnen maar vangt toch jarenlang studiefinanciering. Hij gaat werken in een restaurant waar zijn broer ook werkt, in de keuken.

Vanaf dat moment staat zijn leven in het teken van de drank, de meisjes en later de bizznizz. Als vanzelf rolt hij erin. Hij heeft gen enkel doel in zijn leven. Hij is uit huis gezet door zijn vader, wil graag een meisje, maar blijft zijn vriendinnen nooit trouw. Hij is gewoon een eigenwijze en nogal asociale eikel. En al zij vriendjes zijn vervelende bluffertjes. Akyol schrijft goed en beeldend over dit milieu. Het taalgebruik is soms grof. “Voor de kringloop stond Meltem een peukkie te roken. Ze zag er sip en slecht uit, als een crackhoer wier klandizie tegenviel. Toen ze me in het vizier kreeg, fleurde ze een beetje op.”

Het gaat met Eus van kwaad tot erger. Hij belandt in de zware criminaliteit. Maar alle verhalen achter elkaar over zuipen, meisjes, ruzies, vecht- en scheldpartijen gaan op den duur een beetje vervelen. Het is een uitstekend debuut, maar Turis vind ik een beter boek, meer uitgebalanceerd en met meer drama. Eus eindigt in de gevangenis. Hij beseft dat hij zwaar in de stront zit. Na dagen van eenzame opsluiting en verveling komt er een Surinaamse cipier langs die vraagt of hij wat wil lezen uit de bibliotheek. Hier eindigt de roman.

Özcan Akyol vertelde later dat hij hier is begonnen te lezen en dat dit hem heeft veranderd. Deze episode uit zijn leven lijkt mij een uitstekend onderwerp voor zijn derde boek.

Geen opmerkingen: