Jerry Hormone
is een vriendelijke jongeman, bijna schuchter in de omgang. En dan zulke vieze verhalen schrijven! ‘Het is maar
bloed’. Zij zegt het. Zij is ongesteld en hij moet zich niet aanstellen. Als
toetje likt zij hem schoon. ’Het is maar bloed’.
Hij is een
slampamper uit het verhaal ‘Een engel van beton’. Hij drinkt de hele dag door
bier en rookt zich suf aan sjekkies. Maar deze Jacco is ook
kinderboekenschrijver, bekend van de verhalen met Lorre, het papegaaitje.
Niet te verwarren met die andere kinderboekenschrijver van de leuke
Borre-verhalen.
Jacco wordt
door zijn ex-vriendin en haar kind Bas meegenomen naar een creatief
vakantiepark. Terwijl Saskia hele dagen schildert, zit Jacco voor het vakantiehuis voor zich uit te staren: roken en drinken. Er gaat weinig om in zijn hoofd. ’s
Avonds wordt er gezellig met de hele groep gekookt en heeft een ieder bij
toerbeurt corvee.
De
verveling van Jacco en de verveling van het alternatieve vakantiepark sluiten
slecht op elkaar aan. Bas krijgt een hysterisch aanval. De volgende dag
is het tijd om naar huis te gaan. Einde van dit mooie verhaal? Nog niet, want
twee weken later gaat de telefoon. Of Jacco mee gaat naar de Efteling. Hij
blaast zijn rook uit en zegt ja.
Dit is een van de langere en betere verhalen in deze
debuutbundel. Net als in de andere verhalen zijn de personages nogal oppervlakkig
en niet tot enige verandering in staat, maar er zit een mooie
slotpassage in.
In
bijvoorbeeld het openingsverhaal ‘The Sims’ - vol vieze woorden en platte
dialogen – gebeurt er nauwelijks iets. Het verhaal slaat - net als het
leven van de twee losers - naar het einde toe dood als pis in een pot. Dat
hoeft geen bezwaar te zijn, maar liever lees ik bijvoorbeeld ‘De spareribsclub’:
over een toffe vriendenclub.
Voorafgaand
aan de crematie van een van de vrienden leren we de vier kennen. Samen vraten
zij zich iedere week, later wat minder vaak, vol aan de spareribs. Eerst in de
omgeving Zuid-Beijerland, later tot aan Duitsland en België. Tijdens deze
uitstapjes stroomde het bier rijkelijk. Gezellig en ellendig. Onvervangbaar is
de overledene niet. Hij zal snel vergeten worden.
Er staan
vijftien verhalen in ‘Het is maar bloed’. In stijl en lengte zit er voldoende
afwisseling in. Sommige korte verhalen zijn absurd. Zo is er een meeuw die een
oor vindt en op zoek gaat naar de eigenaar. Andere verhalen zijn nogal ziek,
zoals ‘Klik-Klak’, waarin de goede bedoelingen van het adopteren van een
foster-kindje genadeloos worden afgestraft.
Er valt in het
hele boek volop te lachen. Jerry Hormone gebruikt veel snelle dialogen en
schrijft soepel over alle mogelijke vormen van ellende. Het verhaal ‘Krant naar
onze tegenwoordige smaak’ is atypisch. Het speelt op de middelbare school. De
verhalen van een jongen, een buitenbeentje, worden door de schoolkrant
geweigerd. Hij verlegt zijn ambitie naar de muziek. Slim weet hij op een
schoolfeest aan voldoende geld te komen voor een gitaar. De ellende ontbreekt,
er is nog hoop. Misschien lezen we er meer over in de volgende bundel van Jerry
Hormone.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten