zaterdag 9 december 2023

Kees ’t Hart – Pleidooi voor pulp


Onlangs las ik twee dichtbundels van Kees ’t Hart en ben ik mij in zijn werk gaan verdiepen. Er ligt een stapeltje boeken klaar om te lezen. Hoewel ik vroeger wel eens wat van Kees ‘t Hart heb gelezen is het opmerkelijk dat ik hem niet eerder heb ontdekt, want alles wat ik van hem lees bevalt mij heel erg. Zelfs zijn briefwisseling met Maarten ’t Hart over Vestdijk heb ik destijds links laten liggen. Vreemd, want ik heb bijna alles van Maarten ’t Hart gelezen en ik houd erg van het werk van Vestdijk. Vandaag dus het boek getiteld Toetssteen meteen tweedehands besteld. Pleidooi voor pulp is non-fictie; de manier van schrijven van Kees ’t Hart in dit boek is even prettig als in zijn romans en verhalen.

 

De aanleiding voor dit pleidooi is de minachting vanuit de literaire wereld voor een genre dat gretig wordt gelezen door grote hoeveelheden mensen. Onder lectuur die pulp genoemd wordt gaan vele genres schuil, zoals detectives, streekromans, griezelverhalen, oorlogsverhalen en westerns. ’t Hart verdiept zich in dit boek in de romantische verhalen of liefdesboeken. Vroeger werd dit werk ook wel met keukenmeidenromans of damesromans aangeduid. Bekend is natuurlijk de serie Bouquetreeks, waarvan de deeltjes nog steeds met ijzeren regelmaat verschijnen. De auteurs zijn praktisch onbekend en schrijven volgens een herkenbaar stramien. Het genre is tegenwoordig in opkomst, men name een aantal Amerikaanse schrijfsters - het zijn bijna altijd vrouwen die deze romantische boeken schrijven - is succesvol. Sommigen bedienen een miljoenenpubliek.

 

Kees ’t Hart schijft dat hij vroeger verslingerd was aan deze boeken en doet voor zijn pleidooi onderzoek naar hedendaagse auteurs. Hij leest recensies en commentaren van lezers op Goodreads en leest zelf een flinke hoeveelheid romantische boeken. Hij ontrafelt het stramien en ziet dat er tegenwoordig nieuwe subgenres zijn ontstaan, zoals black romance en lesbian romance. In zijn analyse onderscheidt hij twee kernbegrippen: lust en angst. De vrouwelijke hoofdpersoon ontmoet een man die bij haar emotionele en/of erotische verwarring teweegbrengt. Er is aantrekkingskracht: hij is knap en afstandelijk, maar heeft een randje: een duister verleden, hij is nog bezet of er zijn andere obstakels die uit de weg geruimd moeten worden. Zij worstelt vaak met eerdere ervaringen, mannen die haar lieten zitten of die zij ten onrechte vertrouwde. Het begrip angst is niet het Nederlandse begrip angst maar de Amerikaanse term die breder is en ook onzekerheid en verwarring insluit. Uiteindelijk komt het allemaal goed en krijgen zij elkaar, het gaat om ware liefde: Happily Ever After, vaak afgekort als HEA. Romantische komedies volgen hetzelfde model. Centraal in het verhaal en de beleving ervan is de emotie die overgebracht wordt, niet de schrijfstijl of de verrassende plot.

 

Vanuit de literatuurwetenschap is er sporadisch over het genre geschreven, maar meestal neerbuigend. En men gaat voorbij aan het plezier dat lezers eraan beleven. Vaak wordt gesteld dat de verhalen onrealistisch zijn. Terecht gaat ’t Hart hier verschillende keren tegenin: alsof literaire romans wel realistisch zijn, of dat hoe realistischer een roman, hoe beter deze is. Madam Bovary is evenmin realistisch, het is fictie zoals alle literatuur. Waar het meer om gaat is dat een boek (of film, toneelstuk, e.d.) de illusie van realisme geeft, genoeg om je in te leven in het verhaal. ’t Hart laat zich tijdens het lezen nog altijd graag meevoeren en leeft mee met de personages, al weet hij hoe de afloop zal zijn. Daar gaat het kennelijk niet om bij het publiek. Op Goodreads leest hij de commentaren op romantische boeken. Deze zijn anders dan literaire critici misschien denken, niet simplistisch of dom. Mensen weten uiteraard wat zij lezen en beleven hier gewoon plezier aan. Het gaat hen niet om de literaire kwaliteiten van een boek.

 

Leuk is dat ik in dit pleidooi dingen tegenkwam die ik herkende uit de tijd dat ik veel pulp las. Voordat ik naar de middelbare school ging en mij het lezen werd afgeleerd, las ik naast kinderboeken een strips ook oorlogsromans, detectives en griezelromans. In de boekenkast stond Konsalik naast Couperus. Ik had toen nog geen interesse voor de auteur, wie een boek schreef was niet van belang. Ik las vooral boekjes uit de reeks griezel-story. Naar aanleiding van het boek van Kees ’t Hart bestelde ik er een paar tweedehands. De omslagen zijn schitterend en het verhaal is herkenbaar. Ondanks de slechte vertaling en de uitleggerige manier van schrijven liet ik mij toch meevoeren en las ik een verhaal uit. Het besef dat er meer is dan literair lezen is al langer doorgedrongen tot bibliotheken. Het is jammer dat ’t Hart deze niet noemt in zijn boek. In de meeste bibliotheken zijn er afdelingen met spanning en met romantiek. Het uitgangspunt van leesbevordering is leesplezier en niet literair leren lezen.

 

1 opmerking:

Erik Scheffers zei

Hoi Alek, met de laatste zin uit je recensie ben ik het heel erg eens. Men moet inzetten op leesplezier en niet jongeren allerlei moeilijke en ongrijpbare boeken laten lezen. Groetjes, Erik