Marietje Schaake werkt bij het Cyber Policy Center op Stanford University. Zij is een privacy-expert, heeft veel kennis van ontwikkelingen binnen grote technologiebedrijven en zat voor D’66 in het Europese parlement. Zij schrijft columns en wetenschappelijke artikelen. Dit jaar heeft zij de onderwerpen die haar bezighouden samengebracht in het inzichtelijke en soms verontrustende boek De tech coup. Hierin beschrijft zij de dominantie van grote tech bedrijven en de bedreigingen die deze bedrijven vormen voor de democratie.
Hoewel Schaakes boek veel gaat over technologische ontwikkelingen is het onderliggende thema macht & geld. Het optimisme over de mogelijkheden van ict heeft Google, Apple, Amazon en vele andere bedrijven speelruimte gegeven die nauwelijks meer te beteugelen is. De kwade gevolgen hiervan worden steeds duidelijker. Schaake behandelt de impact hiervan op vele terreinen en constateert in de inleiding al een aantal tegenstrijdigheden waar Europese landen te weinig oog voor hebben of willen hebben. Europese regeringen veroordelen bijvoorbeeld de schendingen van mensenrechten in het Midden-Oosten, maar Europese bedrijven exporteerde wel geavanceerde Spyware naar de machthebbers in deze landen, waarmee critici opgepakt kunnen worden. Even later concludeert zij dat bepaalde technologieën inherent antidemocratische kenmerken hebben. Zij is geen tegenstander van techniek, integendeel. Zij ziet juist de vele voordelen ervan. Alleen heeft de digitale disruptie grote impact op de democratie, en deze wordt te veel onderschat.
In de hoofdstukken die volgen behandelt Schaake met veel kennis van zaken tal van onderwerpen, zoals afluisterpraktijken, cryptovaluta, sabotage aan kabels die op de zeebodem liggen, de verkiezingen in Kenia, Cyberoorlog, AI-ontwikkelingen en het gebruik van allerlei software in landen als China en Rusland om de oppositie te controleren of uit te schakelen. De opbouw van de hoofdstukken is helder en zij neemt de tijd om ieder onderwerp grondig te behandelen. Dit had van mij iets minder gemogen, omdat veel onderwerpen uitvoerig in het nieuws zijn voorbijgekomen en ik er al veel over wist.
De kern van haar betoog is dat de verhouding tussen macht bij de tech bedrijven en de macht van overheden scheef is. Vooral in de VS krijgen veel bedrijven alle ruimte om te innoveren. Het cliché is dat deze bedrijven alleen kunnen innoveren als er weinig overheidsbemoeienis is. Schaake neemt hier stevig stelling tegen. Ten eerste subsidiëren overheden feitelijk juist bedrijven om te innoveren; zonder deze bemoeienis zouden sommige bedrijven niet zo groot zijn geworden. Ten tweede krijgen bedrijven veel opdrachten van overheden en mogen daar ook wel iets tegenover zetten. Het is bizar dat een overheidsdienst geen inzage kan geven in beslissingen omdat het systeem dat zij gebruikt is uitbesteed aan bijvoorbeeld Microsoft. Zo werden de verkiezingen in Kenia in 2017, waar Schaake als waarnemer aanwezig was, door het Franse ICT-bedrijf Safran ondersteund. De Keniaanse ICT-infrastructuur was niet op het systeem berekend. Het stemmen moest op veel plekken toch met pen en papier gebeuren. Over de uitslagen was veel onduidelijkheid, maar het bedrijf wilde geen inzage geven in hun gegevens en de overheid kon een buitenlands bedrijf hier niet toe dwingen.
Wat als overheidsbemoeienis wordt gelabeld is vaak gewoon je aan de wet houden. Maar grote technologiebedrijven onttrekken zich aan allerlei landelijke wetten, zoals op het gebied van privacy. Dit doen zij door te verwijzen naar de vraag die er ook is om bijvoorbeeld terrorisme te bestrijden. Google, Apple en andere zijn daarbij zo groot dat zij zich niets aantrekken van nationale grenzen. Zij werken gewoon voor wie hen maar betaalt. Apple gehoorzaamt bijvoorbeeld braaf de Chinese staat en verwijdert apps die burgers niet mogen gebruiken. De meest ingrijpende afluister-, volg- en manipulatietechnieken worden zonder meer geleverd aan Poetin of wie ook maar betaalt of de macht heeft. Softwaregiganten laten een markt als China en India niet links liggen vanwege mensenrechten.
Het zijn dingen die je al lang weet, maar als je ze achter elkaar leest geeft dat een heel cynisch beeld van waar het met de wereld heen gaat. Het hele optimistische idee dat technologie kennis kan verspreiden en de hele mensheid ten goede kan komen lijkt achterhaald. Als een techniek in theorie voor bijvoorbeeld meer transparantie kan zorgen, betekent dit niet dat dit ook vanzelf gaat. Mooi beschrijft Schaake een conferentie over crypto waar zij bij aanwezig was. Bijna iedereen was juichend enthousiast over de positieve effecten die deze munteenheid zou kunnen hebben voor de hele mensheid. Een paar jaar later is duidelijk geworden dat vooral speculanten, de georganiseerde misdaad en allerlei foute regimes er voordeel bij hebben.
De trend die Schaake beschrijft is dat democratieën in de verdrukking zitten en dat grote technologiebedrijven hier een belangrijke rol in spelen. Zij pleit in het laatste hoofdstuk voor een serie maatregelen die de macht van deze bedrijven zouden moeten inperken ten gunste van de democratie. Zij ziet hier vooral een rol weggelegd voor de Europese Unie. In de VS is het steeds moeilijker om hierover consensus te bereiken. Regulering richt zich hier vooral op het thema veiligheid; democratische waarden als burgerrechten, privacy en consumentbescherming zijn naar de achtergrond verdwenen. Bij de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van AI lijkt hier echter wel wat meer ruimte voor regulering te komen.
Schaake besluit haar boek met een groot aantal concrete maatregelen om de overname van bestuur, politiek en beleid door tech bedrijven terug te draaien en het publieke belang meer op de voorgrond te zetten. Zo pleit zij voor bredere Europese wetgeving als voorzorgmaatregel in plaats van te reageren met aparte wetgeving op iedere nieuwe technologische ontwikkeling. Daarnaast wil zij het verhandelen van privé-data verbieden, net als de handel in crypto, en eist zij meer transparantie van bedrijven die door overheden worden ingehuurd. Overheden huren voor miljarden deze bedrijven in en moeten meer werk maken van hun inkoopmacht. Waarom zou het toezicht op tech bedrijven anders (minder) moeten zijn dan bij andere bedrijven?
Helemaal aan het eind van haar boek schrijft Marietje Schaake dat zij niet in een wereld wil leven die gedicteerd wordt door technologiebedrijven en hun bestuurders. Als ik haar boek lees denk ik dat we al in zo’n wereld leven. De maatregelen die zij voorstelt zijn voor de hand liggend en moreel overtuigend, maar ik denk dat de bedrijven zich er hard tegen zullen verzetten. De bestuurders van Google en andere tech giganten hebben niets met democratie. Het gaat om uitbreiding van afzetmarkten en macht. De tech coup verscheen begin 2024. Intussen is Trump weer president geworden, is de macht van Elon Musk toegenomen en krijgt crypto alle ruimte in Amerika. Ook verkiezingsuitslagen in diverse Europese landen stemmen niet vrolijk als het gaat om het verdedigen van democratische waarden. Wat dat betreft vind ik Schaake erg optimistisch in het laatste hoofdstuk van haar inzichtelijke boek. Wat daarbij ontbreekt in het boek is dat zij niet zoekt naar diepere sociale ontwikkelingen of motieven bij leiders van technologiebedrijven. Haar blik is vooral economisch-technologisch. Ik had graag iets minder voorbeelden gelezen en daarvoor in de plaats wat meer politieke en filosofische en reflectie: wat zeggen deze technologische ontwikkelingen over onze huidige samenlevingen? Wat voor mensbeeld zit hierachter? Is democratie op de lange termijn houdbaar? In hoeverre is de EU als democratische bestuursvorm toekomstbestendig? Deze en meer vragen worden wel door De tech coup opgeroepen en dat is ook de verdienste van dit boek.
1 opmerking:
Ha, volgens mij zag ik dit boek net in een minibieb staan! Misschien moet ik het er dan maar uit halen. Al vraag ik me af of ik dit allemaal wel wil weten...
Een reactie posten