vrijdag 14 juli 2017

Lieke Marsman – Het tegenovergestelde van een mens

‘Het tegenovergestelde van een mens’ is het romandebuut van Lieke Marsman. Het is een merkwaardig boek. Op de voorkant staat dat het een roman is. Het bevat naast een doorlopend verhaal filosofische beschouwingen en poëzie. Deze combinatie doet het goed. Het boek is na een maand al toe aan een derde druk.


Het verhaal draait om Ida. In het eerste deel is Ida vooral met zichzelf bezig en met haar vriendin Robin. In het tweede deel van het boek gaat zij naar Italië om als klimaatonderzoeker een stage te lopen. Zij doet er onderzoek naar een stuwdam.

De korte essays en citaten door het hele boek sluiten goed aan bij de mijmeringen van Ida. Wanneer Ida nadenkt over haar geaardheid en zichzelf afvraagt waarom zij tegen mensen zegt dat zij ook best op mannen kan vallen, spaart zij zichzelf niet. Zij gebruikte ook het zelfbeschermingsmechanisme door een taxichauffeur die interesse toonde te zeggen dat zij een vriend had.

Een verklaring voor haar gedrag vindt zij bij  de dichteres Adrienne Rich. Zij schrijft dat mannen vooral bang zijn dat vrouwen onverschillig tegenover hen staan. Vandaaruit analyseert zij verder. Homo’s worden als een groep aangesproken. Ida concludeert: “je zoekt  het collectief  waarmee je je kunt identificeren en neemt zaken van hen over.” Het gevolg is: “ik identificeer mij met een groep die zo divers is dat ik behalve seksuele oriëntatie met 90 procent van diens leden niets gemeenschappelijks heb.” Daarom valt voor Ida een bezoek aan een lesbobar meestal tegen.

Dit is een voorbeeld van een mooie gedachtegang die precies past binnen het verhaal. Zij filosofeert verder over stereotype beelden en de acceptatie van haar geaardheid door haar omgeving. Zij citeert haar vader. “Ik vind het natuurlijk prima dat je lesbisch bent, maar lesbiennes die seks hebben met een dildo, daar begrijp ik niks van.” Dezelfde vader vindt dat vegetariërs geen vleesvervangers mogen eten die op vlees lijken.

Als kind dacht Ida al na over haar identiteit. Haar moeder riep eens uit dat de mens door en door slecht was. Ida wilde goed zijn: “dan moest ik ervoor zorgen dat ik het tegenovergestelde van een mens was.” Zij ging dus op haar handen lopen, groef diepe kuilen en probeerde een jongetje te zijn. Tevergeefs.

Marsman vermengd in het hele boek verhaal met essay. Haar zinnen zijn helder. Over verdriet schrijft zij. “Alles voelt ver weg voor wie verdrietig is: de huizen van je vrienden, de supermarkt op de hoek, zelfs het werk dat je gisteren deed, zelfs de wc die je net nog bezocht, zelfs het bed waar je dagenlang in ligt is niet vanzelfsprekend dichtbij.” Daarna bespreekt ze afstandelijker dan in het citaat hoe men een depressie omschrift. En zij eindigt de passage met het opstellen van een lijst van dingen die apathisch verdriet op kunnen roepen, zoals een plantenbak vol hydrokorrels.

In het tweede deel werkt Ida in Italië aan een klimaatvraagstuk met betrekking tot de stuwdam. Zij zit op het kantoor van een of ander instituut en deelt de kamer met haar  stagebegeleider. Het contact met de kamergenote is afstandelijk. Marsman citeert hier klimaatwetenschappers. De bespiegelingen van Ida raken tal van onderwerpen. Heel mooi is het stuk over de taal van geliefden: “met name mensen die je liefhebben maken dankbaar gebruik van het feit dat er altijd een verschil tussen taal en werkelijkheid bestaat, een verschil dat hen ertoe in staat stelt je woorden te verdraaien en toe te eigenen.” We zijn geneigd om veel te veel in iemands woorden te lezen. De conclusie is: ”zodra we iets zeggen, is wat we zeggen vogelvrij voor interpretatie.”


Al vanaf het begin van het verhaal is duidelijk dat de relatie met Robin tot mislukken is gedoemd. Lieke Marsman maakt verrassend een einde aan de relatie en aan het verhaal. Terecht heeft ‘Het tegenovergestelde van een mens’ de afgelopen weken louter positieve recensies ontvangen.

Geen opmerkingen: