‘Het
tegenovergestelde van een mens’ is het romandebuut van Lieke Marsman. Het is een
merkwaardig boek. Op de voorkant staat dat het een roman is. Het bevat naast
een doorlopend verhaal filosofische beschouwingen en poëzie. Deze combinatie
doet het goed. Het boek is na een maand al toe aan een derde druk.
Het verhaal
draait om Ida. In het eerste deel is Ida vooral met zichzelf bezig en met haar
vriendin Robin. In het tweede deel van het boek gaat zij naar Italië om als
klimaatonderzoeker een stage te lopen. Zij doet er onderzoek naar een stuwdam.
De korte
essays en citaten door het hele boek sluiten goed aan bij de mijmeringen van
Ida. Wanneer Ida nadenkt over haar geaardheid en zichzelf afvraagt waarom zij
tegen mensen zegt dat zij ook best op mannen kan vallen, spaart zij zichzelf
niet. Zij gebruikte ook het zelfbeschermingsmechanisme door een taxichauffeur
die interesse toonde te zeggen dat zij een vriend had.
Een
verklaring voor haar gedrag vindt zij bij
de dichteres Adrienne Rich. Zij schrijft dat mannen vooral bang zijn dat
vrouwen onverschillig tegenover hen staan. Vandaaruit analyseert zij verder.
Homo’s worden als een groep aangesproken. Ida concludeert: “je zoekt het collectief waarmee je je kunt identificeren en neemt
zaken van hen over.” Het gevolg is: “ik identificeer mij met een groep die zo
divers is dat ik behalve seksuele oriëntatie met 90 procent van diens leden
niets gemeenschappelijks heb.” Daarom valt voor Ida een bezoek aan een lesbobar
meestal tegen.
Dit is een
voorbeeld van een mooie gedachtegang die precies past binnen het verhaal. Zij
filosofeert verder over stereotype beelden en de acceptatie van haar geaardheid
door haar omgeving. Zij citeert haar vader. “Ik vind het natuurlijk prima dat
je lesbisch bent, maar lesbiennes die seks hebben met een dildo, daar begrijp
ik niks van.” Dezelfde vader vindt dat vegetariërs geen vleesvervangers mogen
eten die op vlees lijken.
Als kind
dacht Ida al na over haar identiteit. Haar moeder riep eens uit dat de mens
door en door slecht was. Ida wilde goed zijn: “dan moest ik ervoor zorgen dat
ik het tegenovergestelde van een mens was.” Zij ging dus op haar handen lopen,
groef diepe kuilen en probeerde een jongetje te zijn. Tevergeefs.
Marsman
vermengd in het hele boek verhaal met essay. Haar zinnen zijn helder. Over
verdriet schrijft zij. “Alles voelt ver weg voor wie verdrietig is: de huizen
van je vrienden, de supermarkt op de hoek, zelfs het werk dat je gisteren deed,
zelfs de wc die je net nog bezocht, zelfs het bed waar je dagenlang in ligt is
niet vanzelfsprekend dichtbij.” Daarna bespreekt ze afstandelijker dan in het
citaat hoe men een depressie omschrift. En zij eindigt de passage met het
opstellen van een lijst van dingen die apathisch verdriet op kunnen roepen,
zoals een plantenbak vol hydrokorrels.
In het
tweede deel werkt Ida in Italië aan een klimaatvraagstuk met betrekking tot de
stuwdam. Zij zit op het kantoor van een of ander instituut en deelt de kamer
met haar stagebegeleider. Het contact
met de kamergenote is afstandelijk. Marsman citeert hier klimaatwetenschappers.
De bespiegelingen van Ida raken tal van onderwerpen. Heel mooi is het stuk over
de taal van geliefden: “met name mensen die je liefhebben maken dankbaar
gebruik van het feit dat er altijd een verschil tussen taal en werkelijkheid
bestaat, een verschil dat hen ertoe in staat stelt je woorden te verdraaien en
toe te eigenen.” We zijn geneigd om veel te veel in iemands woorden te lezen.
De conclusie is: ”zodra we iets zeggen, is wat we zeggen vogelvrij voor
interpretatie.”
Al vanaf
het begin van het verhaal is duidelijk dat de relatie met Robin tot mislukken is
gedoemd. Lieke Marsman maakt verrassend een einde aan de relatie en aan het
verhaal. Terecht heeft ‘Het tegenovergestelde van een mens’ de afgelopen weken
louter positieve recensies ontvangen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten