Bij het uitkomen van de vertaling van
Onvoltooide Liefdesbrieven (door Gerard Cruys) kreeg de roman uitsluitend
positieve recensies. Het is een wonderlijk boek van twee geliefden die steeds
verder van elkaar af komen te staan.
Het meisje heet Sasja, koosnaam
Sasjenka, en woont aan het begin van de twintigste eeuw in een stad in Rusland.
Volodja, koosnaam Volodjenka, is haar geliefde. Hij zit in het leger en is op
weg naar Peking om de bokseropstand neer te slaan.Zij schrijven elkaar over wat zij
dagelijks meemaken. Zij kijkt vol verlangen naar hem uit en droomt over hun
toekomst. Hij vertelt over de gruwelen van de oorlog. Daarnaast schrijven zij
over hun jeugd, over hun familie en hun vrienden.
Het wonderlijke is ten eerste dat zij niet reageren op elkaars brieven. Het zijn twee afzonderlijke verhalen, die wel degelijk met elkaar verbonden zijn. Ten tweede wordt Sasja ouder en ouder, terwijl hij gevangen blijft in 1900. Sasja’s leven gaat door. Zij schrijft nog aan hem wanneer zij oud en grijs is geworden.Voladja heeft in het leger de functie om brieven te schrijven aan nabestaande van overledenen.
Zo’n brief bereikt ook zijn familie. Sasja is kapot. Zij schrijft dat zij niets voelt en in haar doodskist ligt. Maar de briefwisseling gaat door.De brieven worden in de tweede helft van het boek mooier. Sasja verhaalt over haar dagelijkse sleur en over haar vriendin Janka. Sasja komt vaak aan huis bij haar vriendin. Zij past op de kinderen. De man is een rotzak en Janka bedriegt hem voortdurend. Sasja mist de warmte van het gezin, maar Janka zegt: “Eindelijk heb ik het echt begrepen wat een gezin is: leren leven in een hel en dat verbergen omwille van de kinderen.”
Sasja raakt haar vriendin kwijt en wat overblijft is haar vereenzaming. Zij schrijft over de lijdensweg van haar moeder en over het sterven van haar vader. Het zijn schitterende passages. Uiteindelijk staat zij er alleen voor.De verhalen van Voladja zijn afschuwelijk: moord, verminking, martelingen, alle ellende van een niets ontziende strijd komen voorbij. Hijzelf is continu ziek en ziet kameraden voor zijn ogen sneuvelen.
Heel opmerkelijk is dat hij in een brief beschrijft hoe een vreselijke dorst hij steeds heeft. Meteen erna schrijft hij dat het zo vaak regent dat zij tot in hun enkels in het water staan.Uit beider brieven stijgt een beeld op dat het leven zo weinig waard kan zijn en zo snel voorbij gaat. Het is om droevig van te worden. Maar de brieven zijn ook een poging de tijd te doorbreken.
“Het komt erop neer dat de tijd een soort ziekte van de kosmos is. Daarna zal de kosmos met ons afrekenen, wij zullen verdwijnen, en dan treedt het herstel in. De tijd gaat over als een keelontsteking. De dood is de strijd van de kosmos met de tijd, met ons…De dood is de verdediging van de universele schoonheid en harmonie tegen ons, tegen onze chaos.”Je kunt zeggen dat de twee geliefde steeds verder van elkaar af komen te staan. Evengoed kun je stellen dat zij steeds nader tot elkaar komen. Toen hij sneuvelde, ging ook zij langzaamaan dood.
Aan het eind van het boek schrijft zij: “Volodja, je komt met de dag dichterbij.” Hij laat zich uit in soortgelijke bewoordingen. Uiteindelijk zijn zij verenigd in de dood, in harmonie.
Het wonderlijke is ten eerste dat zij niet reageren op elkaars brieven. Het zijn twee afzonderlijke verhalen, die wel degelijk met elkaar verbonden zijn. Ten tweede wordt Sasja ouder en ouder, terwijl hij gevangen blijft in 1900. Sasja’s leven gaat door. Zij schrijft nog aan hem wanneer zij oud en grijs is geworden.Voladja heeft in het leger de functie om brieven te schrijven aan nabestaande van overledenen.
Zo’n brief bereikt ook zijn familie. Sasja is kapot. Zij schrijft dat zij niets voelt en in haar doodskist ligt. Maar de briefwisseling gaat door.De brieven worden in de tweede helft van het boek mooier. Sasja verhaalt over haar dagelijkse sleur en over haar vriendin Janka. Sasja komt vaak aan huis bij haar vriendin. Zij past op de kinderen. De man is een rotzak en Janka bedriegt hem voortdurend. Sasja mist de warmte van het gezin, maar Janka zegt: “Eindelijk heb ik het echt begrepen wat een gezin is: leren leven in een hel en dat verbergen omwille van de kinderen.”
Sasja raakt haar vriendin kwijt en wat overblijft is haar vereenzaming. Zij schrijft over de lijdensweg van haar moeder en over het sterven van haar vader. Het zijn schitterende passages. Uiteindelijk staat zij er alleen voor.De verhalen van Voladja zijn afschuwelijk: moord, verminking, martelingen, alle ellende van een niets ontziende strijd komen voorbij. Hijzelf is continu ziek en ziet kameraden voor zijn ogen sneuvelen.
Heel opmerkelijk is dat hij in een brief beschrijft hoe een vreselijke dorst hij steeds heeft. Meteen erna schrijft hij dat het zo vaak regent dat zij tot in hun enkels in het water staan.Uit beider brieven stijgt een beeld op dat het leven zo weinig waard kan zijn en zo snel voorbij gaat. Het is om droevig van te worden. Maar de brieven zijn ook een poging de tijd te doorbreken.
“Het komt erop neer dat de tijd een soort ziekte van de kosmos is. Daarna zal de kosmos met ons afrekenen, wij zullen verdwijnen, en dan treedt het herstel in. De tijd gaat over als een keelontsteking. De dood is de strijd van de kosmos met de tijd, met ons…De dood is de verdediging van de universele schoonheid en harmonie tegen ons, tegen onze chaos.”Je kunt zeggen dat de twee geliefde steeds verder van elkaar af komen te staan. Evengoed kun je stellen dat zij steeds nader tot elkaar komen. Toen hij sneuvelde, ging ook zij langzaamaan dood.
Aan het eind van het boek schrijft zij: “Volodja, je komt met de dag dichterbij.” Hij laat zich uit in soortgelijke bewoordingen. Uiteindelijk zijn zij verenigd in de dood, in harmonie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten