zondag 22 december 2019

Alexander Schimmelbusch – Opperduitsland


Opperduitsland wordt tot aan de achterflap van deze Nederlandse vertaling vergeleken met het werk van Houellebecq. Die vergelijking is niet interessant en leidt af tijdens het lezen van het boek. Alexander Schimmelbusch schetst een beeld van een ver doorgeschoten kapitalistisch Duitsland, gezien door de ogen van een stinkend rijke bankier. Victor woont in Frankfurt en werkt voor de Birken Bank. Hij is een cynicus. Hij haat iedereen in zijn omgeving, met uitzondering van zijn dochtertje Victoria.

Een medewerker bij een investeringsbank moet werken tot hij of zij er bijna dood bij neer valt. Dit is misschien niet echt nodig, de bank kan meer personeel aantrekken, maar Victor kiest er bewust voor dit niet te doen. Mensen moeten tot het uiterste worden gedreven. Zo heeft Victor ook de top bereikt. Zijn personeelsbestand noemt hij een slavenkolonie. Hij heeft een theorie over hoe mensen met elkaar omgaan, deze geldt ook voor hemzelf. Hij ziet zichzelf niet als een persoon, maar als een persona: “al in zijn kindertijd was hij ermee begonnen voor de interactie met de ander een op maat gesneden persona te ontwikkelen, die de ander moest tonen wat die verwachtte, en datgene moest geven wat hij of zij wilde, terwijl Victor achter de daaruit resulterende gebruikersinterface verscholen kon blijven.” 

De eerste helft van het boek heeft een enorme vaart. Je wordt helemaal meegenomen in de gedachtewereld van Victor. Hij beschrijft zijn twee partners van de Birken Bank – hij veracht ze – legt uit hoe het kapitalistische systeem waarin hij een spil is werkt. Schimmelbusch heeft zelf in de bankenwereld gewerkt en kent deze van binnenuit. Hij vertelt ook hoe hij zijn vrouw heeft ontmoet, hoe zij een dochter kregen en hoe zijn vrouw hem weer verliet. Victor geilt op status, hij heeft een hechte band met zijn auto en houdt van dure wijnen. Hij kan zich alles veroorloven en zwemt in het geld. Zijn tirades zijn scherp en humoristisch. 

Hij lijkt een nogal eendimensionale figuur, maar het interessante is dat Victor tegelijk een afkeer heeft van het systeem waar hij zelf belangrijk onderdeel van is. Er worden bakken met geld verdiend. Frankfurt ligt er keurig bij, maar de stad heeft aan karakter verloren. De kloof tussen arm en rijk is toegenomen. Zelf ziet Victor zijn positie als toevallig. Vanwege de maatschappelijke positie van zijn ouders heeft hij dit kunnen bereiken, maar het had net zo goed totaal anders kunnen zijn.

De fastfoodketen Vapiano is door zijn bank begeleid. Het eten is er afschuwelijk, wanneer Victor er gaat eten, ziet hij snel zijn fout in. Het is zaterdag en de mensen komen hier om in hun vrije tijd te chillen. “De missie van Vapiano was de in Duitsland sinds de dagen van de eerste gastarbeidersgolf overal verspreidde pizzeria’s te vervangen door hun systeemgastronomisch gestandaardiseerde tegenpool, om zo een stedelijk clientèle in lifestyle-achtige zelfbedieningskantines Italo-food made in Germany te serveren,” Dit soort afstandelijke, licht-sarcastische beschrijvingen staan er veel in het boek. Schimmelbusch hanteert een wat ouderwets plechtstatig taalgebruik. En hij gaat soms zo op de materie in dat een Duitse krant het boek bestempelde als een langgerekt essay in plaats van een roman.

De twijfel en zelfhaat van Victor uit zich op een bepaald moment – een uurtje vrije tijd in een duur hotel – in het schrijven van een politiek pamflet. In het stuk van ruim tien pagina’s geeft hij een analyse van het probleem in zijn land en biedt hij een oplossing: een socialistisch, populistisch plan om de tweedeling arm-rijk in zijn land op te heffen en om weerstand te bieden aan buitenlandse investeerders. Een belangrijk punt is het invoeren van een vermogens bovengrens van 25 miljoen euro.Hij hecht niet veel aan zijn pamflet, maar stuurt het toch naar zijn vriend Ali, die  enthousiast reageert. Ali is bezig een nieuwe partij op te richten en wil zijn tekst gebruiken als partijprogramma. Victor is vooral verbaasd dat Ali echt overtuigd is van wat erin staat.

Het vervolg laat zich raden. De partij van Ali wint de verkiezingen. Het laatste hoofdstuk speelt in de toekomst, waarin Schimmelbusch de gevolgen voor het land en voor Victor laat zien. Dit is het minst interessante deel van het boek. Het is nogal vluchtig en te kort. Hij had dit stuk beter kunnen bewaren voor Opperduitsland deel 2. Ik vond sowieso de tweede helft van het boek minder goed. De politieke en economische verhandelingen namen te veel bladzijden in beslag. 

Toch is Opperduitsland een geslaagd en actueel boek. Schimmelbusch is het gelukt met Victor een dubbelzinnig karakter neer te zetten, zowel egocentrisch als zichzelf relativerend, een hedonist met inzicht in de rotheid van het systeem waar in zit. Zijn karakter spiegelt de wereld waarin hij verkeert met als levenshouding: je doodwerken om in luxe te kunnen baden, maar vertwijfeld op zoek naar zingeving. 

Tot besluit een passend citaat. “Nooit eerder had hem zo helder voor de ogen gestaan dat zijn privileges niet te rechtvaardigen waren. Dat die alleen maar gebaseerd waren op het feit dat door een reeks toevalligheden een systeem  was ontstaan, waarin de activiteit van een M&R-consultant beter beloond werd dan bijvoorbeeld pijpen of schrijven of onderwatermandvlechten.”

Geen opmerkingen: