De boeken van Johnny van Doorn zijn geschreven om te
herlezen. Hij was vooral performer. Als je zijn stemgeluid eenmaal hebt ervaren
dan hoor je dit hardop in je hoofd tijdens het lezen. Johnny van Doorn is
inmiddels bijna 25 jaar dood. Hij is veel te jong gestorven.
Hij begon in de jaren 60 als dichter: Johnny the
selfkicker. ‘De geest moet waaien’ is uit 1977 en bestaat uit verhalen uit zijn
eigen leven: als jongeling woonde hij in Arnhem, hij verveelde zich te pletter,
zwierf ’s nachts over straat en werd al snel gezien als de dorpsgek. Wanneer de
politie hem aanhield en vroeg waar hij heen ging antwoordde hij. “Ik ga nergens
naartoe. U kent mij toch zo langzamerhand, heren. Ik ben de dichter Johnny van
Doorn. Een artiest, begrijpt u, die op straat inspiratie opdoet. We leven in
een vrij land, als ik mij niet vergis.”
Het was duidelijk: hij moest naar Amsterdam! Hij viel met
zijn neus in de boter, want hier gebeurde het allemaal. Hij schrijft er vol
genoegen over in deze bundel: de feesten, de liefde, de gekte en de vrijheid.
Andere stukken gaan over de periode waarin hij een min of meer bekende
schrijver en vooral performer was.
Hij trad op de meest onmogelijke plekken in Nederland op.
In het verhaal ‘Delft’ beschrijft hij een bezoek aan een afgelegen keet in een
weiland, waar hij ontvangen wordt door en groep losgeslagen studenten. Hij
verklaart zich geen moer aan te trekken van slechte kritieken. Je schrijft toch
geen boek voor de Kees Fens, die volgens Van Doorn zelf onleesbaar-warrig
schrijft.
Van Doorn kan zichzelf, zijn hele verschijnsel goed
relativeren. Na het nodige gezuip ziet hij zichzelf in de spiegel van een café.
“Op de wc kamde ik mijn haar. De spiegel loog niet: ik had mijn beau jour
vandaag. Knap was anders, maar markant was hij zeker, mijn kop.”
‘De geest moet waaien’ is een klassieker. Alleen de titel is
al geweldig. Nog één citaat tot slot. Johnny zit in het café. Hij motiveert een
vriend om een jointje te gaan roken. “De vreugde om je vriend stoned uit de wc
te zien komen – wij herrezen uit de lauwe cafépudding.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten