zaterdag 18 november 2023

Tommy Wieringa – Nirwana


 

Het nieuwe boek van Tommy Wieringa is bijna 500 pagina’s dik en wordt op de achterflap een epos genoemd. Het verhaal draait om de familie Adema. Grootvader Willem Adema was grootondernemer en heeft na de Tweede Wereldoorlog een zeer succesvol offshorebedrijf opgericht. Zijn kleinzoon Hugo is kunstenaar en een totaal ander persoon dan zijn opa en dan zijn tweelingbroer die naar zijn opa is vernoemd. De twee hadden als kind al voortdurend ruzie. Dat was de reden dat Hugo als puber een paar jaar in het grote huis bij zijn opa heeft gewoond. Het verhaal van Nirwana wordt verteld vanuit Hugo en de voornaamste verhaallijn gaat over de nu honderdjarige grootvader die in de oorlog een fanatieke SS’er was. Voor de oorlog had hij al bewondering voor het nationaalsocialisme en erna bleef hij en veel familieleden met hem het extreemrechtse gedachtengoed trouw. Hugo duikt in het verleden van zijn grootvader.

 

Hugo, geboren in 1976, is beeldend kunstenaar en een buitenbeentje. Zijn tweelingbroer Willem is hoofd van het bedrijf dat hun grootvader heeft opgericht. Hugo loopt met zijn ziel onder zijn arm, want het is uit met zijn vriendin Loïs en hij heeft al enige tijd geen nieuw werk gemaakt. Door een ontmoeting met een schrijver die bij het NIOD onderzoek doet naar zijn familie krijgt Hugo interesse in zijn grootvader. De schrijver heet Tommy Wieringa en Hugo noemt hem een smeerlap en verwijt hem dat hij uit andermans leven steelt. Toch trekken ze samen op en via de oud gouvernante van Hugo, die toevallig de stiefmoeder van de schrijver is, ontdekt Hugo de dagboeken van zijn grootvader. Hij leest ze en verwerkt ze in zijn schilderkunst. Hugo heeft nieuwe energie gekregen en verhuist naar het koetshuis op het terrein van zijn grootouders om te schilderen.

 

Rond deze voornaamste verhaallijn bouwt Wieringa een aantal andere verhaallijnen op, zoals de verhouding tussen Hugo en zijn ex-vriendin, het fanatisme van zijn tweelingbroer die het grootste schip ter wereld bouwt, de bezoeken aan een tante van Hugo die in een inrichting zit en het verhaal van de gouvernante Beth. Hij schakelt zo nu en dan naar het verleden en schuwt het grote gebaar niet. Zo staan er verwijzingen in naar de opkomst van extreemrechts in onze tijd en beschouwingen over milieuproblematiek en over beeldende kunst. Brand en vuur spelen op vele manieren een rol in Nirwana: vuur als fanatisme, het vuur van het fascisme dat smeulend aanwezig is in de familie, maar ook het verbranden van fossiele brandstoffen. Verbranding wordt de essentie van het kapitalistische model genoemd. Verbranding staat ook voor uitwissen, waar de titel naar verwijst, of naar een fout goedmaken. Maar spijt en iets goedmaken lijken in deze familie niet echt aan de orde. Hugo is de helft van een tweeling en dit gegeven verwerkt Wieringa ook in zijn boek, zo duiken de Twin Towers en de twee door de Talibaan vernietigde Boeddhabeelden in Afghanistan op verschillende plaatsen op. De korte passage over Alkibiades lijkt een knipoog naar Ilja Pfeijffer.

 

Grootvader Willem is gebaseerd op de offshore-ondernemer Pieter Schelte Heerema. Ik weet niet of Wieringa uitgebreid onderzoek gedaan heeft naar de familie en hieruit geput heeft voor zijn boek of dat de persoon Heerema slechts de inspiratie was voor het verhaal dat hij wilde vertellen; het blijft tenslotte een roman. Het is wel duidelijk dat hij met Nirwana ook een actueel boek wilde schrijven. Er zit iets van een ondergangsdenken in het boek. Dit uit zich in waarschuwingen over de vernietiging van de natuur door fossiele brandstoffen. In een zeer sombere passage schrijft hij: “de mensheid gaat een tijdperk tegemoet van extreem lijden.” En met de hernieuwde opkomst van het fascisme lijkt hij ook het einde van een cultuur te willen verbeelden. Dat de familie van Hugo geen enkele spijt heeft kun je opvatten als een waarschuwing. 

 

Tommy Wieringa heeft met dit epos een actueel boek geschreven. Het leest vlot weg en het staat in een traditie van schrijvers als Buwalda, Waterdrinker en Oek de Jong: breed opgezet, verhalend en gelardeerd met maatschappelijke beschouwingen. Er zit een zekere spanning in het verhaal, lijnen komen samen en de opzet klopt, maar toch miste ik het onverwachte, de bizarre wending of de echt nieuwe invalshoek. Helaas ontbreken deze elementen bij veel bekende Nederlandse schrijvers. Tot slot, de passage uit de dagboeken van grootvader Willem zijn hier en daar gruwelijk. Een stuk over de Jodenmoord in Łuck trof mij persoonlijk omdat mijn vader er als kind woonde.

Geen opmerkingen: