maandag 5 mei 2025

Maurits de Bruijn - Man maakt stuk


 

Maurits de Bruijn is schrijver, journalist en beeldend kunstenaar. Hij debuteerde in 2012 met de roman BroerMan maakt stuk verscheen vorig jaar en staat op de shortlist van de Libris Literatuurprijs, de winnaar wordt 19 mei bekend gemaakt. Ik zag het boek al maanden prominent in de winkel liggen (Van Gennep) en collega’s raadden het ook al meerdere keren aan. Waarom ik het nu pas heb gelezen, weet ik niet. De stapel nog te lezen boeken is bij mij altijd enorm, dat zal meespelen. Man maakt stuk is een boek dat mij vanaf de eerste pagina inpakte. Het is spannend, staat vol verrassende ideeën en kent geen zwakke passages. Vooral dat laatste is knap, gezien de eenvoudige setting: David is een jonge queer kunstenaar, hij woont aan een pleintje waar op een dag een groep jongeren zich onder zijn serre nestelt en er iedere avond rondhangt. De groep komt vooralsnog niet aan het woord en alles wordt beschreven vanuit het perspectief van David.


In eerste instantie reageert David geïrriteerd. De jongens maken herrie, luisteren naar muziek en staan er bijna iedere dag urenlang. De eerste keer laat hij zelfs het raampje openstaan omdat hij niet wil dat zij hem voor het raam zien staan. Hij spreekt de jongens niet aan, maar overdenkt wel voortdurend hun aanwezigheid. David is niet echt bang voor ze, maar wil ook geen contact. Het zijn waarschijnlijk jongens uit de buurt die nog thuis wonen omdat er geen betaalbare woonruimte voor hen beschikbaar is. En wie is hij om ze te verbieden deze openbare ruimte in bezit te nemen. Zijn buren, waar hij nauwelijks contact mee heeft, denken er heel anders over en vragen of hij veel last van ze heeft. Hij ontkent dit en weigert ook de politie te bellen om ze weg te krijgen. Deze gesprekken met buurtgenoten zijn geestig, maar ook laat De Bruijn de burgerlijkheid van hun gedrag goed van zien.

 

Het boek is opgezet als een soort bekentenis aan een vriend, zijn galeriehouder. Aan het begin begrijp je al dat er iets dramatisch is gebeurd. Dit brengt meteen spanning in het verhaal en deze laat je niet meer los. De stijl is zowel losjes en terloops als ironisch, maatschappijkritisch. In het verhaal blikt hij veelvuldig terug op zijn tijd op de kunstacademie, het intensieve contact dat hij toen had met een medestudente en zijn relatie tot zijn galeriehouder. David is een buitenbeentje, niet alleen omdat hij homoseksueel is, maar ook omdat hij - in tegenstelling tot de meeste medestudenten - niet is opgegroeid in een welvarend milieu. De vriendin, die inmiddels in Berlijn woont, kon zich van alles permitteren omdat haar ouders haar financieel konden blijven steunen, David heeft deze garanties niet. Het verhaal gaat ook over deze en andere soorten privileges; de hoofdpersoon zet een gesprek geregeld op scherp door mensen te wijzen op hun privileges. 

 

Zo overdenkt hij ook zijn verhouding tot de groep jongens voor zijn deur, die steeds meer  beslag legt op zijn leven. Halverwege het boek gaat zijn ergernis over in inspiratie. Omdat het verhaal spannend is wil ik hier verder niets over loslaten, maar het geeft het verhaal een enorme dynamiek, waarmee direct ook allerlei nieuwe vragen worden opgeworpen, over toe-eigening, de relatie kunst en werkelijkheid en over originaliteit. Hij geeft daarbij een geestig beeld van de hedendaagse kunstwereld. Het boek deed hier aan Rouwdouwers van Falun Ellie Koos, een boek dat ook genomineerd is voor de Libris Literatuurprijs. 

 

Davids blik op de wereld en de mensheid kun je cynisch noemen. Hij spreekt voortdurend zijn verbittering uit over zijn buurtgenoten die allemaal burgerlijk zijn en net als de mensen uit de kunstwereld hem niet begrijpen. Maar hij legt ook relaties tussen (groepen) mensen scherp bloot. Het heeft veel te maken met acceptatie, status en waar je staat op de maatschappelijke ladder. Hij benoemt bijvoorbeeld het verschil tussen ‘een lesbische meid’ die op straat nog gedoogd wordt, in tegenstelling tot ‘een kwetsbare man in opvallende kleding.’ ‘Dood moet die, of op zijn minst in de hoek gezet. Wat die man en die vrouw onthulden was dat niemand onderaan de ladder wil staan, niemand het ultieme slachtoffer wil zijn, het is allemaal nog te verteren zolang je weet dat iemand – wie dan ook – het slechter heeft dan jij.’

 

Maurits de Bruijn werkt in Man maakt stuk naar een fantastisch slot toe. Je voelt welke kant het op gaat, maar toch was ik verrast. Dat is een van de kwaliteiten van het boek, dat het nergens verveelt en geen zwakke episodes kent. Je kunt het daarnaast een ideeënroman noemen en een actueel boek. Het gaat in op queer zijn, een buitenstaander voelen, gelijkwaardigheid, enzovoort, maar het heeft geen belerende toon. Man maakt stuk verdient het winnen van de Libris Literatuurprijs, maar ik zou de prijs ook Falun Ellie Koos of Marijke Schermer graag gunnen.

Geen opmerkingen: