Van Merijn
de Boer verscheen in 2011 de verhalenbundel Nestvlieders, in 2014 kwam hij
met de roman De Nacht. Beide boeken heb ik met veel plezier gelezen. Zijn
hoofdpersonen zijn vaak verknipt. De Boer beschrijft hun wederwaardigheden en
hun ondergang met oog voor ranzige details. Zijn blik is cynisch, zijn stijl is
strak en er valt door alle ellende heen veel te lachen.
Ik keek erg
uit naar ’t Jagthuys. Het boek is complexer dan zijn vorige werk. Binnert is
een mooie en slimme man van vijfendertig. Hij woont met zijn moeder in een
groot en afgelegen huis. Hij ziet zelden andere mensen en is erg op zichzelf
gericht. Moeder beweert dat hij vanwege ziekte - zowel geestelijk (licht
autisme) als lichamelijk (scheve heup) - niet onder de mensen is. Om aan zijn
seksuele behoefte tegemoet te komen wordt Vera ingehuurd. Zij is een
professioneel zorgverlener op dit gebied, maar raakt meteen verliefd op Binnert. Zij probeert hem het huis uit te lokken.
De Boer
beschrijft het verhaal vanuit drie perspectieven, de moeder, de zoon en het
meisje. Je krijgt zo een gevarieerd beeld van de onderlinge verhoudingen.
Vanuit Vera is de moeder een lelijk en drankzuchtig secreet. Zij ziet haar als
een oude onaantrekkelijke mol. “De vrouw had uitermate kleine ogen, die zelfs
nauwelijks te vinden waren in haar twee brillenglazen. Ik moest er oprecht
moeite voor doen om ze te ontdekken. Eerst zag ik alleen maar die twee paarse
cirkels, met elkaar verbonden via de brug boven haar neus, waarachter zich dan
ergens twee waarnemingsorganen moesten bevinden.”
De moeder
neemt Vera eerst niet helemaal serieus en ziet haar zeker niet als concurrente.
De liefde voor haar zoon gaat ver, maar voor bepaalde handelingen is het
misschien beter iemand in te huren. In haar ogen is Binnert een groot, slim
kind, dat niet alles helemaal begrijpt. Zij stoeit met hem. Zij krijgt
pretogen. “De schat had een erectie maar had dat zelf niet door. Met de fiere
bobbel voor zijn middel liep hij mank naar huis.”
Binnert moet
de meest rare persoon zijn, maar de ziekte die moeder hem toedicht is
overdreven. Hij is minder naïef dan zij denkt. Hij leest veel, kijkt films en
is zeer muzikaal. Hij wil niet weg bij zijn moeder. De wereld zou een
teleurstelling zijn in vergelijking met het beeld dat hij heeft opgebouwd uit
de boeken die hij leest: “ik heb mij erbij neergelegd dat ik de wereld nooit
met eigen ogen zal zien”.
In de
eerste helft van het boek ligt de sympathie bij Vera. Blind door verliefdheid
streeft zij naar de bevrijding van Binnert. Zij zal met hem eindelijk volmaakt
gelukkig zijn. Later ontpopt zij zich meer en meer als aanstellerig kreng. Zij
krijgt deels haar zin, maar dwingt Binnert tot dingen die hij niet wil. Met de
moeder krijg je dan wat meer mededogen.
Binnert
raakt soms in de war van Vera’s aandacht. Hij kan niet kiezen tussen de twee
vrouwen, maar innerlijk is hij de meest volwassen persoon van de drie. Hij is
in ’t Jagthuys niet ongelukkig, heeft een afkeer van sociale flauwekul. De Boer
schets door de ogen van Vera een beeld van het overdreven sociale leven in
Amsterdam waar je niet blij van wordt.
Halverwege het
boek zit er een vreemde wending in het verhaal. Er wordt een spannend element
toegevoegd: de verdwijning van een meisje. Deze gebeurtenis staat wat los van
het eigenlijke verhaal, maar De Boer weet er een bizarre ontmoeting tussen Vera
en een oudere man aan op te hangen.
In deze
prachtige roman stoorde mij een ongeloofwaardigheid. Binnert zag tot zijn
vijfendertigste maar een beperkt aantal mensen. Ook korte ontmoetingen heeft
hij onthouden. Hij was regelmatig buiten in de tuin. Er is een bushalte vlak
voor het huis en vanuit een raam had hij zicht op een weg. Bijna onmogelijk dat
hij niet meer mensen zag. Verder vind ik Binnert een flauwe naam voor iemand
die heel vaak binnen zit. Maar dit zijn details.
Het verhaal
ontrolt zich, mede door de vloeiende stijl van De Boer, als vanzelfsprekend tot
een mooie climax. Het verbreken van de jarenlange status quo in ’t Jagthuys kan
niet zonder gevolgen blijven. Voor niemand loopt het goed af, maar wie had dat
vooraf verwacht? Merijn de Boer heeft met deze roman definitief bewezen een
groot schrijver te zijn. Lees hem!
1 opmerking:
Weet iemand misschien wat voor een roman dit is?
Een reactie posten