dinsdag 5 januari 2016

Chris Buitendijk – Emanuel


Emanuel is een opmerkelijk boek. Op de kaft staat dat het een roman is, maar het is geen gewone roman. Emanuel Cats, zijn vrouw Sientje en alle andere familieleden die in het boek voorkomen hebben echt bestaan. Het is een Joodse familie die leefde in het Rotterdam van voor de oorlog en waarvan vele leden zijn omgekomen in de Duitse kampen.

Het is een half-fictionele roman. Chris Buitendijk, geïnteresseerd in de Joodse geschiedenis en in het land Israël, kreeg via zijn familie een oude Thora in handen. De naam Emanuel Cats stond in het boek geschreven. Buitendijk ging achter deze naam aan en vond aanknopingspunten voor zijn levensverhaal.

Feitelijk had Buitendijk weinig concreets, bijna alle dialogen en gedachten in het boek komen voort uit zijn pen. De omstandigheden, de historische context van de stad Rotterdam kloppen perfect. Daarom is dit boek geen roman met een mooie spanningsboog of een verrassende verhaallijn. De lezer weet hoe het afloopt, de sterfdata van de drie hoofdpersonen staan vermeld op de laatste pagina.

De kracht van het boek zit in het beeldend weergeven van een microgeschiedenis van een Rotterdamse familie, een Joodse familie. ‘Emanuel’ kent vier delen: 1909,1921,1936 en 1938. In elk jaar beschrijft hij de levensloop van Emanuel en zijn familie.

In 1909 is hij 13 jaar en doet zijn Bar mitswa, waarmee hij de verantwoordelijkheid aanvaardt voor de Joodse wet. Buitendijk beschrijft in dit deel - maar ook in de volgende – het verhaal grotendeels van binnenuit, vanuit de denkwereld van Emanuel. Hij schakelt echter ook over naar het gezichtspunt van de vader of van de leraar Maurits van Gelder.

1921 is een belangrijk jaar voor Emanuel. Hij trouwt met Sientje, terwijl zij al zwanger is van Antje. Als kind was hij gefascineerd door de Thora, langzaam verdwijnt nu het geloof naar de achtergrond en stort hij zich op zijn werk als handelsman. In 1936 is de oorlogsdreiging nabij. Sal, de oudere broer van Emanuel, waarschuwt hem voor het gevaar en vlucht naar Amerika. Emanuel blijft met vrouw en kind in Rotterdam.

Het deel over 1938 beperkt zich niet tot dat ene jaar, maar strekt zich uit tot halverwege de oorlog. Het bombardement heeft een enorme impact op de stad. De Duitse maatregelen treffen het gezin hard. Emanuel heeft contact met John van Rhijn, kapper op Rotterdam-Zuid en de opa van Chris Buitendijk. Hij wil hem helpen onder te duiken, maar aan het eind van het boek vertrekt Emanuel door de verstikkende omstandigheden, maar ook vanwege persoonlijke drijfveren naar Loods 24, voor vertrek naar Duitsland.

Naar het eind van dit boek ben je als lezer volledig vertrouwd met de persoon Emanuel. De tragiek raakt je, maar het is anders dan in een historisch werk. Wat Buitendijk knap doet is het combineren van een realistisch historisch decor met de puur persoonlijke perspectieven van de hoofdrolspelers. Er zit daartussen bijna geen literair drama zoals in veel andere romans. De spanning komt van de combinatie decor – persoonlijke denkwereld.

Een nadeel is dat in de intermenselijke beschrijvingen Buitendijk nogal wat clichés hanteert. Er komen veel wat ouderwetse uitdrukkingen voorbij. Vooral in de eerste delen is dit geen bezwaar. Het verhaal krijgt iets van een jongensboek. Emanuel is dan pas dertien jaar. Later in het boek vind ik dit taalgebruik soms storend. De Duitsers zijn dan ‘niet mild’, zijn ‘alles behalve genadig’, John bedenkt zich na het oppakken van een onderduiker dat hij niet de enige is die hier ‘de smoor in heeft’, etc. Een zin als “aan onderduikers hadden de Duitsers een broertje dood”, past niet bij het vreselijke wat dit gezin overkomt.

Ondanks deze talige missers vind ik ‘Emanuel’ een prachtige aanvulling op de kennis die wij hebben over deze belangrijke periode in de Rotterdamse geschiedenis. En het is een extra aanzet om de geschiedenis van de Joden in Rotterdam diepgaander te onderzoeken. Een van de sterke punten van het boek is tot slot het inzicht in de mogelijke psychologie van de slachtoffers van de oorlog. Langzaam verandert de wereld om hen heen in een hel, maar telkens weten zij zich te schikken in de nieuwe situatie, proberen zij het te begrijpen om door te kunnen gaan met leven. Zij vervormen hiermee hun wereldbeeld om het leven vol te kunnen houden. Slechts een enkeling, zoals de broer Sal, trok de juiste conclusie en vluchtte.

Geen opmerkingen: