vrijdag 19 augustus 2022

Donald Ray Pollock – De hemelse tafel


Ik kende Donald Ray Pollock slechts van naam. Na het lezen van De hemelse tafel ben ik fan. De auteur groeide op in het dorp Knockemstiff, Ohio. Hij werkte dertig jaar in een papierfabriek voordat hij een cursus creatief schrijven volgde. In 2008 kwam hij met een bundel verhalen die spelen in zijn geboortedorp, de titel is Knockemstiff. Het boek was een doorslaand succes en Pollock ontving diverse prijzen. In 2011 volgde de roman The devil all the time. Het boek deed het ook goed en werd in 2020 verfilmd. The Heavenly Table uit 2016 is zijn derde en meest recente boek. Ik las de 450 pagina’s achter elkaar uit.

 

Het verhaal speelt in 1917 op het platteland van Ohio, Georgia en Alabama. De omstandigheden waarin de mensen leven zijn uiterst primitief. Het leven is kort en gewelddadig. De belangrijkste verhaallijn draait om de drie broers Cane, Cob en Chimney. Zij wonen met hun vader in een smerig hutje. Het enige amusement na een dag hard werken op het land is het nastaren van een schurftige rat die door de kamer loopt, vieze verhalen vertellen en luisteren naar de oudste broer Cane die voorleest - hij is de enige die kan lezen - uit The Life and Times of Bloody Bill Bucket, een pulpromannetje over een outlaw. Zij kunnen de avonturen dromen. Wanneer hun vader op een dag tijdens het schijten dood neervalt besluiten zij er op uit te trekken en ook outlaws te worden. Wat volgt zijn avonturen met bankovervallen, vuurgevechten en moordpartijen.

 

We volgen niet alleen de drie broers. In korte hoofdstukken zoomt Pollock telkens in op een van de vele personages die het boek rijk is. Een hoofdfiguur is de eenvoudige boer Ellsworth. Hij is opgelicht voor 500 dollar, al zijn spaargeld, en moet samen met zijn vrouw opnieuw beginnen. Hun zoon Eddy, die net als iedereen in het boek een stevige drinker is, keert zich af van zijn ouders en vlucht. In de buurt waar dit gezin woont is een legerkamp opgetrokken. Amerika gaat zich mengen in de grote Europese oorlog. Eddy zou zich aangemeld hebben om dienst te doen. En zo verschuift een deel van het verhaal naar dit legerkamp. Het ene personage is nog treuriger dan het andere. De arme boeren en zwervers die zich aangemeld hebben kunnen nauwelijks een geweer vasthouden, kunnen lezen noch schrijven en hebben geen idee waar Duitsland ligt. Zij zien het leger als een uitkomst uit hun benarde leven. Aan het front sterven is voor de meesten een beter alternatief dan nog langer in deze uitzichtloze bende verder te leven.

 

Het verhaal van de drie broers is spannend en Pollock slaagt erin ieder op zijn eigen manier te laten worstelen met zijn idealen. Naast lompe boeren en moordenaars zijn het ook gevoelige jonge mannen met dromen. De mooie wisselingen tussen de scènes en personages en zijn krachtige manier van vertellen maken dit boek een echte pageturner. Mooi zijn de beschrijvingen van het dagelijkse leven op het platteland en in de stad waar de broers later voor langere tijd blijven bivakkeren. De types die hij beschrijft zijn op zijn minst kleurrijk te noemen. Je moet wel tegen een stootje kunnen. Een mensenleven is weinig waard. Iemand die in de weg staat wordt vaak zonder meer neergeknald. Verkrachting, racisme, sadistische spelletjes en dierenmishandeling, het is allemaal aan de orde van de dag. De bewoners lijken uitsluitend hun eigen lusten te willen botvieren. De kroegeigenaar van de Blinde Uil, een gore, donkere tent, lokt graag tegen sluitingstijd een gevecht uit en slaat dan met groot genoegen zijn tegenstander dood om hem daarna voorgoed te laten verdwijnen.

 

Lichamelijke gebreken, misvormingen en achterlijkheid worden uitvoerig beschreven. Het vergaande drankmisbruik komt in vele varianten voorbij. Een oude kerel die zijn schoenen ruilt voor een fles moonshine raakt zo bezeten dat hij en zijn maat twaalf kuikens stelen bij een boer en deze levend opeten. De volgende dag zit er nog een snaveltje tussen zijn tanden. Een hoerenkot nabij het legerkamp bestaat uit drie tentjes waar de drie vrouwen in liggen. Voor een paar dollar kunnen de soldaten hun gang gaan. Er staat geregeld een lange rij te wachten, ondanks de verschrikkingen van geslachtsziekten die een legerarts hen voorhoudt. Een van de markantste figuren in Jasper Cone. Hij is in het stadje waar een groot deel van het verhaal speelt aangesteld als sanitair inspecteur. Dat wil zeggen dat hij de buitentoiletten moet inspecteren. Hij zit meestal onder de poep. Maar zijn grootste zorg is een lichamelijk ongemak waar ik niets over zal onthullen.

 

Wanneer de broers rust zoeken in het stadje lijkt het verhaal in kalmer vaarwater te komen en wint het aan diepgang. Je voelt dat dit het voorspel is voor een mooie apotheose, waarbij de personages en verhaallijnen samenkomen. Ondanks alle wreedheden is De hemelse tafel een verhaal met veel absurde humor. De manier van schrijven van Donald Ray Pollock is verslavend. Hij gebruikt veel dialoog, weet de karakters ieder een eigen geluid te geven en wisselt probleemloos tussen de verhaallijnen. Hij weet telkens een nieuw en vreemd zijpad in te slaan, maar keert op tijd terug naar de hoofdlijnen van het verhaal. De titel verwijst overigens naar het idee dat je na de dood in de hemel mag aanschuiven aan een tafel met onbeperkt eten, een visioen dat de vader van de drie broers hen vaak voorhield. 

Geen opmerkingen: