Georges
Perec debuteerde in 1965 met de roman ‘Les Choses’. Vijf jaar ervoor had hij ‘Le
Condottière’ voltooid. Het boek werd door de uitgeverij Gallimard geweigerd.
Als manuscript circuleerde het onder bekenden van Perec. In 2012, dertig jaar
na het overlijden van Perec, werd het boek alsnog uitgebracht. De vertaling uit
2014 is van Edu Borger.
Het zal
niet verrassen dat ‘De condottiere’ een wonderlijk boek is. Dat is het
handelsmerk van Perec. Gaspard Winckler is een schilderijenvervalser. Hij is in
dienst van een internationaal netwerk dat vervalsingen op bestelling levert.
Dit gaat jaren goed, totdat hij de opdracht krijgt om een werk van de Renaissanceschilder
Antonello da Messina te maken. Hij werkt meer dan een jaar aan het doek. Het
drijft hem tot waanzin. Het boek begint bij de ontknoping, de moord op zijn
opdrachtgever Anatole Madera.
Hierna krijgen
we te lezen hoe het zover heeft kunnen komen. We zitten in de gedachtewereld
van Gaspard, maar Perec wisselt vaak van perspectief en doet dit vrij
ongemerkt. In de tweede helft van het boek is Gaspard bij een vriend en krijgt
zijn verhaal de toon van een verhoor.
In deze
eerste roman van Perec zijn veel elementen uit zijn latere werk terug te
vinden, zoals de perspectiefwisselingen, de opsommingen en het diep ingaan op
details. Kenmerkend is ook dat het verhaal onbegrijpelijk wordt. Ergens op het
helft van het boek volgde ik het verhaal niet meer. Het zal de bedoeling zijn
geweest, maar het leest niet prettig. Bij het verhoorgedeelte vond ik het weer
interessant worden.
In dit
verhoor wordt gezocht naar verklaringen. Waarom heeft hij Madera vermoord?
Waarom is hij niet eerder gestopt met vervalsen? De ondervraagde weet geen
antwoorden te geven. Of hij geeft telkens een ander antwoord. Hij heeft geen
wroeging en sowieso spelen morele overwegingen geen rol in zijn verdediging.
Het gebeurde gewoon. Het ging mis.
“Wat ging
er mis? Er ging niets mis… Ik geloof dat dat het ergste is… Alles was perfect
in orde, het liep op rolletjes. Een interessant baantje, poen, lange vakanties,
reizen… Maar er moest toch wel iets mis zijn? Hoezo? Jérome heeft zijn hele
leven zo geleefd… Twaalf jaar lang ging er niets mis… Het was wonderlijk
eenvoudig. Ik werkte, ik werd betaald en ik rustte uit. Drie weken in een of
ander luxe hotel of een cruise op de Middellandse Zee met het jacht dat Rufus
mij leende. En dan kwam ik terug, ik begon weer, enzovoorts… En toch is het
misgelopen… Ja, natuurlijk…alles is misgelopen…”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten