zondag 29 november 2020

Ernest van der Kwast – Ilyas

Toen boekpresentaties met publiek niet mogelijk waren, moesten schrijvers iets anders verzinnen om hun nieuwe boek onder de aandacht te brengen. Ernest van der Kwast besloot om zijn roman IIyas bij de lezers thuis te bezorgen, lopend of op de fiets. Vooral in Rotterdam kostte hem dat heel wat uren. Ik ben benieuwd of hij in Kralingen-West bij veel nieuwe lezers aan de deur is geweest. Ilyas speelt zich grotendeels in deze wijk af. Een bovenmodaal gezin is komen wonen in een nieuwbouwcomplex aan het Ketelplen. Ik herkende er het Berkelplein in, een plek waar ik een jaar heb gewerkt, voordat de oude portiekwoningen tegen de grond gingen. Het doel van deze renovatie was om de wijk meer gemengd te maken.

 

Dit is een centraal thema in het boek: het contact tussen mensen die dicht bij elkaar wonen, maar totaal verschillende achtergronden en perspectieven hebben. Het gezin bestaat uit Peter Lindke, begin veertig, conservator in Boymans, zijn vrouw Kee, illustrator en twee jonge jongens. Het openbare plein wordt in beslag genomen door arme, voornamelijk allochtone buurtbewoners. Tijdens de Ramadan is het op zomeravonden lang rumoerig op het plein. De nieuwe bewoners klagen erover in hun WhatsApp-groepen. Kinderen van de witte nieuwkomers trekken zich terug op het vellige binnenplein. De groepen mengen nauwelijks.

 

Peter is een wat wereldvreemde man. Hij gaat op in zijn werk en laat zich niet van de wijs brengen wanneer een nieuw ontdekte Rembrandt groots wordt gepresenteerd. Hij is ervan overtuigd dat het geen echte Rembrandt is. Het kost hem zijn baan, nadat hij zijn mening in een televisieshow heeft gegeven. Van der Kwast zet zijn verstrooidheid en onwetendheid over sommige zaken wel erg sterk aan. Leuk is de openingspassage waarin hij zijn vrouw vergeet, die na het tanken even ging plassen. Peter rijdt weg zonder aan zijn vrouw te denken. Meerdere keren komt deze gebeurtenis als anekdote terug in het boek. Kee blijft hem erover verwijten maken. Kee is sowieso permanent boos op haar man en kan niks van hem hebben. Ongeloofwaardiger dan dit vergeetmoment bij het tankstation is dat Peter niet weet hoe zijn eigen koffieapparaat werkt, wat een vibrator is en dat hij niet in de gaten heeft dat zijn kinderen thuis zijn vanwege de zomervakantie.

 

Zijn ontslag heeft hij voor Kee verzwegen. Wanneer hij thuis zit komt de schoonmaakster binnen. Hij kan zich niet herinneren dat Kee ooit heeft verteld dat zij een schoonmaakster hebben. De twee raken aan de praat en al snel wordt duidelijk dat Djemine in de problemen zit. Peter besluit iets te doen dat hij niet van zichzelf had verwacht, hij gaat haar helpen met de papierwinkel en zoekt een oplossing voor haar huur- en andere schulden. Zij blijkt met hulp van Peter verrassend gemakkelijk uit de problemen te komen. Lastiger is de situatie voor Ilyas. Djemine staat op een dag met deze jongeman voor Peters deur. In zijn hand houdt Ilyas een tas vol ongeopende brieven van instanties. Peter zegt toe hem te helpen. De twee krijgen een bijzondere band met elkaar. Mooi is de passage waarbij Ilyas, die niets met kunst en musea heeft, hem weet te raken met een opmerking over een schilderij van Rembrandt.

 

Van der Kwast schetst op een bijzondere manier de ontwikkeling die Peter doormaakt. Peter treedt echt uit zijn gesloten wereld en krijgt een andere blik op hoe mensen in zijn stad leven en vaak worstelen om het hoofd boven water te houden. Het contrast met het getut van de nieuwe buurtbewoners is komisch en schrijnend tegelijkertijd. Daarnaast wordt de kloof tussen Peter en Kee steeds groter. Kee heeft geen idee waar Peter mee bezig is. Kee blijft geïrriteerd en verandert nauwelijks. Hun relatie is een act. “De act van Peter en Kee was groots, compleet met een nieuw huis en een trampoline in de tuin, maar het was een act, en het gordijn kwam naar beneden?”

 

Het boek kun je lezen als een aanklacht. Waarom, als Peter betrekkelijk eenvoudig de problemen van Djemine weet op te lossen, kan de gemeente dit niet? Peter vraagt zich ook af waar de mensen zijn gebleven die in de huizen woonden die zijn afgebroken om plaats te maken voor hun dure nieuwbouw. “Waren die naar een andere wijk overgebracht? Woonden ze nu in randgemeenten? Moesten die nu hun problemen oplossen?” De tegenstelling tussen Peter en zijn kunst en de mensen die hij helpt is ook groot. Wat heb je eraan om te kijken naar een schilderij, wanneer je de huur niet kunt betalen?

 

Ik moest tijdens het lezen denken aan Stille grond van Sanneke van Hassel. Deze roman heeft hetzelfde thema en het verhaal speelt ook in Rotterdam. Ilyas heeft meer humor en is wat speelser, maar heeft soms een wat prekerige toon. Stille grond is compacter en stijlvoller geschreven en is wat subtieler. Toch heb ik Ilyas met plezier gelezen. En Ik zou mij kunnen voorstellen dat de uitgever nog een paar exemplaren stuurt naar het management van de sociale dienst in Rotterdam.

Geen opmerkingen: