woensdag 8 juni 2016

William Golding - Lord of the flies

‘Lord of the flies’ uit 1954 is een klassieker. Voornamelijk door dit boek won William Golding in 1983 de Nobelprijs. Het is een van de drie boeken die centraal staat in de campagne Nederland Leest. In november ontvangt iedere bibliotheekbezoeker een gratis exemplaar, in Nederlandse vertaling.


Het verhaal van ‘Lord of the flies’ is algemeen bekend. Toch is het verrassend om te lezen, voor mij de eerste keer. Een groep kinderen, jongens belandt op een onbewoond eiland. Er zijn geen volwassenen. De kinderen moeten zichzelf redden zonder de maatschappelijke structuur waarmee zij opgroeiden. Een deel van hen voelt de noodzaak om regels op te stellen, een ander deel neemt het recht in eigen hand, het recht van de sterksten.

Je kunt aan dit verhaal allerlei conclusies verbinden. En dat is ook veelvuldig gedaan. Bijvoorbeeld: de mens is in wezen slecht, of hij laat zich vooral leiden door eigenbelang. Of, de maatschappij heeft deze jongens juist verziekt. Terug in de natuur redden zij zich niet. Of, zonder regels gaat het altijd mis. Ook zit er een sterk religieuze dimensie in het verhaal, met name de mythe van het verloren paradijs.

Over ‘de psychologie’ van ‘de mens’, alsof je in zulke algemeenheden kunt spreken, is ook veel gezegd naar aanleiding van dit verhaal. Het Milgram-experiment, waarbij proefpersonen werden gebracht tot onaangename handelingen puur door autoriteit, is er direct mee in verband gebracht. De conclusie is dat mensen in omstandigheden waarin zij denken niet anders te kunnen zich makkelijk laten gebruiken voor de meest akelige handelingen. In plaats van zelf te denken, laten zij zich leiden door een autoriteit. In hoeverre beschikken wij over een eigen wil? En in hoeverre zijn wij schuldig in bijvoorbeeld oorlogssituaties? Dit zijn interessante vragen.

Dan terug naar het verhaal. De meeste jongens op het eiland kennen elkaar niet. Hoe zij er terecht zijn gekomen lezen we niet. Er wordt een ramp verondersteld. Maar een neergestort vliegtuig of een gezonken boot wordt niet genoemd.

Het verhaal begint bij twee jongens. Ralph is een brutale jongen, Piggy is de intellectueel. Hij is dik, heeft astma en draagt een bril. Hij wordt meteen afgezeken door Ralph. Dit roept hij deels over zichzelf af, door te vertellen dat Piggy de bijnaam was, waarmee hij gepest werd. Piggy is de slimste van alle jongens en houdt het algemeen belang voor ogen. En hij heeft vertrouwen in de ander. Dit is naïef, wat al blijkt uit het prijsgeven van zijn verachte bijnaam.

Er verschijnen andere jongens, waaronder Jack, de concurrent van Ralph. Hij heeft een aantal jongens onder zijn hoede, the hunters. Daarnaast zijn er een hoop kleine kinderen die voortdurend rondrennen en met de groten meelopen.

Piggy dringt aan om regels op te stellen en om hun leven op het eiland te organiseren. Ralph wordt als leider gekozen, tot ergernis van Jack. Er komen besprekingen en een grote schelp vertegenwoordigd het spreekrecht. “The thing is: we need an assembly.”

Piggy wil dat iedereen zich aan de regels houdt. “After all, we’re not savages. We’re English; and the English are the best at everything.” Als weldenkend mens zoekt hij  een manier om weg te komen van het eiland. Belangrijk is om het vuur te laten branden, om aandacht te trekken van eventueel passerende schepen.

Het gaat anders dan Piggy wenst. De ratio maakt geen indruk op de rest. Zelfs het tellen van het aantal kinderen mislukt. Aan het eind van het boek kan nog steeds niemand zeggen met hoeveel jongens zij op het eiland zijn.

Halverwege het boek voel je de spanning in het verhaal toenemen. Golding laat talloze handelingen en uitspraken vooruitwijzen naar een drama. De jongens wassen zich nauwelijks en worden gebruind door de zon. Vaak schrijft hij dat de jongens steeds donkerder kleuren; gelijk met hun zielen, kun je toevoegen.

De kleinste jongens zijn bang voor slangen of voor monsters. De ouderen stellen hen gerust. Zij benadrukken: er zijn geen beesten in het bos; althans niet buiten henzelf. Over een jongen die aan het begin van het verhaal is omgekomen wordt nauwelijks gesproken: “him with the mark on his face” is omgekomen in het vuur, dat de jongens te ver hebben laten doorbranden. Was het een ongeluk?

Het benoemen, door met name Piggy, dat dit een goed eiland is werkt ook beangstigend. “This is our island. It’s a good island. Until the grown-ups come to fetch us we’ll have fun."

Er zitten volop aanduidingen in het boek naar de bijbel en het christendom. "Flower and fruit grew together on the same tree" is een directe verwijzing naar het verloren paradijs. De titel ‘Lord of the flies’ is een andere benaming voor Beëlzebub, de demon.

Het zoeken naar God of een leider en de angst voor het beest spelen voortdurend een rol in dit meesterlijke verhaal. Op de eerste pagina staat de schitterende zin: “Where's the man with the megaphone?” Een prachtig citaat om tijdens vergaderingen af en toe hardop naar voren te brengen. Je kunt hem vrij vertalen als: waar is het gezag?

Het benadrukken dat er geen beest is gaat steeds meer werken als een bevestiging dat er wel een beest moet zijn is. De angst wordt er niet minder om. De redelijkheid vraagt zich af hoe je kunt jagen op het beest als dit slechts in je dromen bestaat, of in je angsten. Maar andere jongens beweren hem gezien te hebben.

Ralph en Jack komen meer en meer tegenover elkaar te staan. Andere jongens verdierlijken. Er volgt een splitsing van de groep. Regels worden overtreden. In wanhoop vraagt Piggy zich hardop af wanneer zijn bril gestolen is: “Are we savages or what?”

Maar het is al te laat. Het kwaad heeft de jongens in zijn greep. Zonder beschaving valt de mens terug op zichzelf. Niet eens de sterksten, maar vooral de meest brutale, zelfverzekerde, niet al te slimme jongens overwinnen. Er is ruimte voor sadisme. En de kleinere jongens hebben eigenlijk geen mening, zij volgen slechts. Er wordt gevochten. Er vallen doden.


Aan het eind van deze absolute klassieker komen er volwassenen op het eiland. Ze doen lacherig over hoe de jongens eruit zien. Ralph ontsnapt net aan de dood. De volwassenen denken dat zij aan het spelen waren. Zij zijn verbaasd dat de jongens niet eens weten met hoeveel zij zijn op het eiland. Vanuit het standpunt van beschaving is deze dierlijke natuurtoestand onbevattelijk.

Geen opmerkingen: