zondag 5 april 2020

Koos van Zomeren - Omstandigheden

De laatste jaren beweerde Koos van Zomeren meermaals dat hij geen boeken meer zou schrijven. Vorig jaar verscheen Hooiberg, een verzameling herinneringen, anekdotes en gedichten die toch opeens een boek bleken te vormen. En nu ligt daar opeens de prachtige roman Omstandigheden. 

Het verhaal is volledig geschreven vanuit de tweeënzeventigjarige hoofdpersoon meneer Walraven Hij was boekhandelaar en kijkt terug op zijn leven, zijn lange huwelijk met Anna en zijn twee kinderen. Honden zijn altijd belangrijk voor hem geweest. Zijn laatste hond heette Elmo. Het beest had een hartkwaal en heeft maar kort geleefd. Een andere interesse, die hij vaak combineerde met zijn gezin en zijn hond, is wandelen in de bergen. Een deel van het genot bestaat uit het uitstippelen van routes op de kaarten van het gebied dat hij wil belopen.

Meteen op een van de eerste pagina’s zet hij zich af tegen wat hij noemt trauma-lectuur. Een schrijver beschrijft de gevolgen van een trauma en pas in het voorlaatste hoofdstuk lees je de oorzaak. Walraven heeft er een hekel aan. “Natuurlijk, er bestaat zoiets als een blikseminslag, dat zal ik niet bestrijden, maar er bestaat ook zoiets als erosie en dat boeit mij meer.” 

Het eerste deel van het verhaal speelt in Augsburg. Walraven gaat er met zijn dochter Debbie heen om het samenkomen van twee rivieren, op de kaart zo zichtbaar, in het echt te zien. Hij is er ook om de as van Elmo uit te strooien. Hij leeft is een halve fantasiewereld. De gebeurtenissen lopen vloeiend over in de vele herinneringen. Debbie is aanwezig, maar wandelt niet mee. 

In het volgende deel neemt het boek de vorm aan van een brief aan zijn zoon Leo. Leo heeft sinds tien jaar geen contact meer met hem en de andere familieleden. In de brief beschrijft hij de erosie in zijn leven. Het is ook een poging weer contact met Leo te krijgen en om te begrijpen wat er is gebeurd, wat de oorzaak is geweest van de breuk. Maar hieromheen gaat het verhaal over de vakanties met het gezin, over de boekwinkel en over zijn liefde voor honden. 

Hun karakters botsten, dat is wel duidelijk. Leo verweet zijn vader misschien dat hij hem te weinig liefde en aandacht heeft gegeven. Of hij vindt zijn vader laf en cynisch. Walraven wentelt zich niet in zelfmedelijden. Van schuldgevoel is ook geen sprake. Cynisch kun je hem soms wel noemen. Hij denkt geregeld terug aan zijn eigen jeugd en aan zijn egocentrische vader. “Ik zal, gezien het resultaat, niet beweren dat ik voor jou een betere vader ben geweest dan mijn vader voor mij was. Maar ik mag wel zeggen dat ik voor hem een betere zoon ben geweest dan jij voor mij bent.”

Anna vraagt af en toe waar hij mee bezig is wanneer hij zich terugtrekt om te schrijven. Zij is verder in het verhaal afwezig en leeft vooral in zijn herinneringen. Meer en meer leer je Walraven kennen als een vereenzaamd man. ’s Nachts ligt hij te wachten in bed tot het zes uur is. Dan valt de krant op de mat en mag hij eruit. Televisie noemt hij “het apparaat dat ons door de avond heen helpt.” Zijn vrouw noemt Rutte een engerd en is verontwaardigd over de politiek. Vroeger was hij zelf ook activistisch. Nu niet meer. “Het besef dat ik een onsmakelijke, met blaas en darmen worstelde en verregaand vereenzaamde oude man geworden ben, tempert mijn weerzin tegen degenen die zich, al dan niet middels verkiezingen, boven ons hebben gesteld.”

Het zoeken naar een trauma of een oorzaak voor hun conflict is eigenlijk zinloos. Walraven trekt vergelijkingen met de natuur. Door de droogte is het bos aangetast “Littekens kun je het welbeschouwd niet noemen. Nee, je kunt niet zeggen dat de natuur zich herstelt van haar verwondingen – ze kent geen verwondingen, de natuur kent uitsluitend omstandigheden; de natuur doet wat zij altijd en in elke situatie doet, ze functioneert. Dat is alles.”

Het verhaal van Walraven kent geen vrolijk einde. De brief zal Walraven nooit versturen aan zijn zoon. Ondanks zijn soms harde toon en zijn wat darwinistische kijk op het leven is het verhaal zeer ontroerend. Van Zomeren kan buitengewoon goed schrijven. Er staan geen overbodige zinnen in het boek. Ik las het achter elkaar uit. Het relativisme van de hoofdpersoon is soms erg grappig. Je blijft citeren uit dit boek: “optimisme, dat is lachen zonder gevoel voor humor.” 

Koos van Zomeren schetst het levensverhaal van iemand die steeds minder verbonden is met de wereld en de mensen om hem heen. “Ja, ik ben het leven niet moe. Tegelijkertijd beschouw ik het als een nogal overgewaardeerde bezigheid. Het mijne komt me in ieder geval niet bijster belangwekkend voor, en ik verwacht ook weinig meer dat het alsnog belangwekkend zou kunnen maken. Al met al voel ik me aan niets en niemand verplicht om langer dan nodig met leven door te gaan.”

2 opmerkingen:

Erik Scheffers zei

Hoi Alek, een prachtige bespreking. Als ik naar jouw lijst met onderwerpen kijk, dan lijkt het erop dat we veel gemeenschappelijke leesinteresses hebben. Ik houd ook een blog bij met stukjes over boeken, films, lekker eten en wat algemene stukjes: erikleest.blogspot.nl. Misschien vind je het leuk om eens daarop te kijken. Ik ga jouw blog in ieder geval volgen. Groetjes, Erik

Alek Dabrowski zei

Hoi Erik, ik ga je blog zeker bekijken. Groet, Alek