donderdag 20 oktober 2022

Willemijn Kranendonk – De Geliefden



Willemijn Kranendonk is schrijver en dichter. Zij schreef columns voor Awater en dit jaar kwam er een kinderboek van haar uit. De Geliefden is haar debuutroman. Het verhaal gaat over twee vrouwen van half zestig die terugkijken op hun leven. Veertig jaar geleden hadden zij een intense relatie. Jacqueline was zakenvrouw en is net met pensioen. De alternatieve Rosa woonde op veel plekken in Europa en wilde zo duurzaam mogelijk leven. Zij is terug in Nederland en is van plan hier te blijven. 

De eerste helft van het boek is geschreven vanuit Jacqueline, de tweede helft vanuit Rosa. Halverwege is er een intermezzo dat speelt in 1973. Kranendonk beschrijft de twee personages met behulp van aardig wat clichés. Jacqueline komt uit een rijk nest, ze woont in een groot huis en zij laat zich graag bedienen door haar hulp in de huishouding. Zij rijdt in een Range Rover en drinkt samen met een vriendin natuurlijk witte wijn. Rosa is jong naar het buitenland vertrokken op zoek naar een ander leven. Zij is vegetariër en leefde in communes waarin de leden zoveel mogelijk met elkaar deelden. Rosa houdt zich bezig met hekserij en legt weleens een tarot kaart. De titel van het boek verwijst naar zo’n kaart. Kranendonk heeft een makkelijke manier van schrijven. De Geliefden bestaat uit korte hoofdstukken, ik las het boek in één dag uit. De clichés waren eerst wat ergerlijk maar later stoorde ik mij er niet meer aan. Zij zijn duidelijk ook bedoeld als een uitvergroting, een lachspiegel, en om de twee vrouwen als tegenpolen helder neer te zetten.

 

Door twee vragen word je als lezer vastgehouden in het verhaal, ten eerste: wat is er gebeurd dat deze twee geliefden uit elkaar zijn gegaan? En, zullen ze elkaar uiteindelijk terugvinden? Jacquelines leven is veranderd sinds zij is gestopt met werken. Een vriendin van haar begrijpt haar niet meer. Jacqueline woonde lange tijd in het grote huis van haar overleden vader. Nu gaat zij verhuizen naar wat waarschijnlijk haar laatste woning zal zijn. Hoe moet zij de komende twintig jaar vullen, vraagt zij zich af. De relatie met haar overleden vader was slecht, en verder heeft zij geen familie. Het uitgestippelde leven van een gepensioneerde leiden - lekker uit eten gaan, een rondreis boeken en meer, zoals haar vriendin voorstelt - kan zij niet. Zij vraagt zich zelfs af wat zij al die jaren eigenlijk op kantoor heeft gedaan.

 

Hierin lijkt Jacqueline op eenzelfde punt te staan als Rosa veertig jaar geleden. Zij stellen dezelfde vragen. Rosa denkt: “Ik kon het leven zoals het voor mij was klaargelegd simpelweg niet accepteren.“ Dit is volgens mij de kern van het verhaal dat Kranendonk wil vertellen. Rosa ondervond daarbij hevige weerstand van haar familie, die haar levenswijze en haar liefde voor Jacqueline niet konden aanvaarden. Ook nu zij terug is in Nederland weet de familie niet wat zij met haar aan moet. Haar twee zussen zijn mensen die het leven nemen zoals het op hen afkomt: gezin, kinderen, druk bezig zijn en zo prettig mogelijk je tijd doorkomen. Rosa kan dit niet. Haar zussen begrijpen er niks van.

 

Dit conflict zet de auteur goed neer. Zij geeft wel wat vaak gedetailleerde beschrijvingen. Na het eten wordt er gezamenlijk afgeruimd, maar moeten wij weten wie de borden afspoelt en wat voor opgedroogde resten er nog in de pan zitten? Dit soort informatie is soms verhelderend om een sfeer neer te zetten, maar Kranendonk gebruikt het iets te veel naar mijn smaak. De meest sterke passages zijn die waarin de hoofdpersonen contact hebben met hun familie. In het intermezzo komt een mooie scène voor waarin Rosa tijdens de kerst komt eten bij Jacqueline. De vader communiceert nauwelijks, het eten is grijs en er hangt een geladen stilte rond de eettafel. “Ik kijk naar Jacquelines vader die weer voorovergebogen zit, alsof hij ieder moment neer kan vallen. Hij ziet eruit alsof hij het op heeft gegeven. Ik denk aan mijn vader en vraag me af waarom vaders naar voren hellen alsof er een groot gewicht op hun nek rust.” De maaltijd is klaar, niemand beweegt. “Als alles op is, de schalen leeg, de wijn gedronken, blijven we in stilte zitten. Niemand maakt aanstalten om op te ruimen. Niemand schraapt de etensresten op één bord om makkelijker te kunnen stapelen. Niemand schuift de waterglazen op elkaar als een toren. We zitten. We wachten op iets wat nooit komen gaat.”

 

Met De Geliefden heeft Willemijn Kranendonk een mooi debuut afgeleverd. Wat mij betreft hadden er minder details in gemogen en had zij het conflict nog wat steviger kunnen neerzetten, maar het geheel is uitstekend leesbaar.

Geen opmerkingen: