vrijdag 25 augustus 2017

Bill Bryson – One summer. America 1927


Bill Bryson is een schrijver van populair wetenschappelijke boeken. Hij werd bekend met A short history of nearly everything. In tegenstelling tot deze bestseller die over zo’n beetje alles gaat, ligt de focus van One summer op Amerika in de zomer van 1927. Je kunt Bryson niet betichten van cryptische boektitels.

One summer is zeshonderd pagina’s dik en het leest als een trein. Het boek alleen bestempelen als populair wetenschappelijk, daarmee doe je de auteur tekort. Het is een goed geschreven studie naar het Amerika van de jaren twintig. Het tijdvak wordt in de volle breedte beschreven. Hij legt nadruk op de opkomst van de populaire cultuur en de massaconsumptie. Bryson schrijft veel over sport, roddel, massamedia, natuurrampen, de filmindustrie, het persoonlijke leven van presidenten en de luchtvaart. Je krijgt een uitstekend beeld van het dagelijkse leven in Amerika van die tijd.

In de proloog beschrijft Bryson de vele pogingen om de oceaan over te vliegen, voorafgaand aan de vlucht van Lindbergh in de zomer van 1927. Het bedrag dat ter  beschikking werd gesteld voor de eerste vlieger die hierin zou slagen, trok veel mensen aan. Eenenveertig van hen verongelijkten. De kranten volgden het gebeuren met spanning.

In deze tijd stelde de luchtvaart in Amerika nog weinig voor. Europa lag ver voor op Amerika. Er bestonden nauwelijks vliegvelden in Amerika. Vliegeniers in open cockpits oriënteerden zich laagvliegend op treinstations en naamborden. Of zij riepen voorbijgangers aan om de weg te wijzen. Er bestond nog geen vliegbrevet en er waren geen veiligheidsvoorschriften.

Het is fascinerend om te lezen hoe Charles Lindbergh zich voorbereidde en hoe hij erin slaagde van New York naar Parijs te vliegen. Hij was in 1927 pas vijfentwintig jaar en toch al een ervaren vlieger. Vanuit zijn vliegtuig de Spirit of St. Louis had hij geen zicht naar voren. Landen was levensgevaarlijk, vooral op een druk vliegveld. Toch wist hij altijd de juiste route aan te houden, waar anderen honderden kilometer uit koers vlogen. Hij was een natuurtalent.

De aankomst in Parijs was overweldigend. Lindbergh had hier niet op gerekend. Ook bij aankomst terug in Amerika werd hij overal waar hij kwam door honderdduizenden toegejuicht. Hij was een ware volksheld. De roem verwoestte zijn persoonlijke leven en zijn goede humeur. Voor de kranten was hij wekenlang voorpaginanieuws. Voordat Lindbergh vertrok had hij zich geabonneerd op een soort knipselkrant om de artikelen die over hem zouden kunnen verschijnen te verzamelen en gevraagd deze naar zijn moeder te sturen. Een week na zijn vlucht stond er een rij vrachtwagens bij haar in de straat met alles wat er over hem geschreven was.

Bryson weet zijn onderwerpen uitstekend met elkaar te verbinden. De opkomst van de dagbladen koppelt hij aan de prestatie van Lindbergh. De jaren twintig was een gouden tijd voor kranten. New York telde tientallen dagbladen. In deze tijd ontstond ook de roddelpers. Waarover lezen mensen het liefst? Sport, misdaad en roddel!

Bijzondere aandacht krijgt krantenman Bernarr MacFadden. Hij bracht onder meer The Graphic uit, een blad met uitsluitend roddel en leugens. Later volgde het tijdschrift met de misleidende titel True Story. Het verwierf een oplage van 2,2 miljoen. Bryson houdt zelf ook van de nodige juicy details. Met plezier schrijft hij over het persoonlijke leven van MacFadden: een body builder, naaktloper en veganist met megalomane ideeën.

In het verbinden van de verschillende onderwerpen is Bryson goed. Van de roddelpers naar een lugubere moord - de Snyder-Gray affaire - is een kleine stap. De enorme overstromingen van de Mississippi in 1927, de grootste in de geschiedenis van Amerika, krijgen volop aandacht. De meldingen van het aantal dode dieren was vrij exact. Voor het aantal dode Afro-Amerikanen had men minder interesse.

Toen Lindbergh aankwam in Parijs werd hij verwelkomd door de ambassadeur. Bryson besteedt aandacht aan het persoonlijke leven van deze man. Toen hij hoorde van de aankomst was hij bij een tenniswedstrijd aanwezig. Bryson weidt vervolgens uit over het tennis in die dagen en de sterspeler Tilden. Bryson houdt van grote aantallen. Hij staat lang - naar mijn smaak te lang - stil bij Baseball en sterren als Babe Ruth. Hij bespreekt alle records en de massa’s mensen die er naar de honkbalwedstrijden kwam kijken.

Dezelfde massa’s waren aanwezig bij bokswedstrijden van de legendarisch Bokser Jack Dempsey en bij populaire filmvertoningen in de enorme filmpaleizen. Regelmatig schrijft hij over ‘The biggest crowd ever’. Interessant zijn de beschrijvingen van dit nieuwe fenomeen: ‘Fame’. Sporters en filmsterren werden erdoor overweldigd, mede door de opkomst van de radio, waardoor het nieuws zich snel verspreidde. Lindbergh kon niet meer zomaar ergens heenvliegen. Hij werd gezien en binnen de kortste tijd stonden er duizenden mensen hem op te wachten. Soms moest hij rennen voor zijn leven.

Bryson behandelt te veel onderwerpen om hier allemaal bij stil te staan: de duizend spoorwegmaatschappijen, het kopen op afbetaling, de T-Ford voor elke Amerikaan en het bizarre leven van Ford, het wereldwijde succes van de Amerikaanse film en het einde van de ‘silent movie’.

Zeer boeiend is de drooglegging, die dertien jaar duurde, terwijl bijna iedereen de mislukking ervan inzag. Het besluit kwam tot stand door het fanatisme van een paar mensen. Het besluit was vaag geformuleerd en werd zonder lang bij na te denken aanvaard. Er vielen veel doden door alcoholvergiftiging in deze periode. De overheid voegde gif toe aan niet voor consumptie bedoelde alcohol. De drooglegging gaf ook de maffia een grote impuls. Al Capone was korte tijd de grote baas in Chicago. Bryson schetst de politiek situatie in die tijd in Chicago: de zeer populaire Ku Klux Klan, de America first beweging, het fanatisme, de boekverbrandingen, enzovoorts en concludeert dat Al Capone tussen deze gekken gewoon en respectabel afstak.

Het Amerika uit 1927 was een land van extremen. Het had veruit de grootste economie ter wereld. En Amerika was voor het eerst in de geschiedenis nummer één in een hoop dingen. Dit was nieuw. Europa was eerder altijd in alles beter. Tegelijkertijd was het land in de greep van ‘The Great red scare’. Voortdurend vonden er terreuraanslagen plaats. Veel meer dan vandaag de dag. Soms werden er tientallen bombrieven onderschept. Een redactie werd opgeblazen, er vonden talloze bomaanslagen plaats op politici en rijke zakenlui. Schuldigen werden er nauwelijks opgepakt. Veel terreur kwam uit anarchistische hoek. Italianen waren standaard verdacht.

Wat ook opvalt is het enorm hoge moordcijfer. Nu ligt dat gemiddeld op 6 per 100.000 inwoners. Chicago in de jaren twintig had een cijfer van 13,3. Steden als Miami, Atlanta, Charlotte en Memphis lagen daar ver boven. De populariteit van de KKK was in de jaren twintig groter dan ooit. Op één moment had de beweging meer dan vijf miljoen leden en beschikte zij over een brede sociale organisatie. Veel politici hingen de KKK openlijk aan. Katholieken en andere minderheden hadden het zwaar, katholieke scholen werden verboden en Afro-Amerikanen waren tweederangsburgers.

Bryson noemt de KKK echter “not the most dangerous outpost of bigotry in America in the period”. Dat was de eugeneticabeweging. Onder een wetenschappelijke vlag werden tienduizenden mensen gesteriliseerd, soms op basis van een gerucht. Grote voorvechter hiervan was de Nobelprijswinnaar voor de geneeskunde Alexis Carrel. Zijn boek Man the Unknown was razend populair. Hierin pleitte hij voor de inzet van gaskamers om ‘useless and harmful beings’ humaan en op economische gronden te vergassen. Het is te bizar om te lezen. In deze sfeer is de populariteit van Hitler in de jaren dertig onder veel Amerikanen - zoals Lindbergh en Ford - beter te begrijpen.

In de epiloog van One Summer geeft Bryson een overzicht van wat er met de hoofdrolspelers in zijn boek is gebeurd na 1927. Hij trekt geen conclusies en legt geen bredere verbanden. Dat is jammer. Je kunt wel wat dingen opmaken uit zijn boek. Ten eerste lees je in al zijn verhalen dat de richting van de menselijke geschiedenis is gebaseerd op chaos en toeval. Ten tweede is het opvallend dat bij bijna alle wereldleiders en beroemdheden uit die tijd een flinke steek los zat. Men reageerde doorgaans impulsief en had meestal geen benul van de consequenties van beslissingen. Wat dat betreft leven we nu in een uiterst rustige tijd in vergelijking met de jaren twintig.

Leuk is dat Bryson tal van voorbeelden van ‘The american dream’ laat zien; mensen die vanuit armoede opklimmen tot rijke zakenman. Het land was jong. Voortdurend werden er nieuwe ontdekkingen gedaan. De verspreiding van auto’s, radio’s, film, etc. ging razendsnel. Mensen hadden geld. Amerika was het rijkste land ter wereld. De populaire cultuur die dit voortbracht, inclusief massaproductie, massaconsumptie en massamedia is van wezenlijke invloed geweest op de rest van wereld. Bill Bryson heeft in One Summer dit prachtig tot verbeelding gebracht. Ik kan het boek iedereen aanraden.

Geen opmerkingen: