maandag 10 december 2018

Liesbeth Goedbloed – Broeder ezel

‘Broeder Ezel’ is de debuutroman van Liesbeth Goedbloed. Zij schrijft ook poëzie en in het ‘Nederlands Dagblad’ heeft zij een column. Anna is de hoofdpersoon in het verhaal. Zij is een jonge vrouw die met een ezel een tocht maakt door een stukje Italië. Vanaf de eerste pagina’s begrijp je dat zij niet zomaar op vakantie is. Anna heeft een doel met deze tocht, maar je weet niet welk doel.


Samen met de ezel de top van de Monterosso halen is het oppervlakkige doel. Goedbloed beschrijft de tocht, de warmte en de tegenslagen. Dit verhaal wisselt zij af met scenes uit de jeugd van Anna. Al gauw is duidelijk dat zich een drama heeft voorgedaan. Zij denkt terug aan haar broertje Jens dat ooit in het water viel. Zij voelt zich hier schuldig over.

Dit schuldgevoel neemt met het bereiken van de top steeds verder toe. De terugblikken op het gezin, de ouders en haar broertje, duiden op zorgelijkheid. Anna ontfermde zich over Jens, maar kon hem niet altijd behoeden voor ongeluk. In haar gedachten versmelten de ezel en Jens meer en meer met elkaar. Maar Broeder Ezel staat ook voor verlossing. “En Broeder Ezel zou haar zonden op zich nemen en wegdragen.”

Sowieso zit het verhaal vol symboliek en verwijzingen naar de Bijbel. Een slang achtervolgt Anna en haar ezel. Eerst op afstand, later is de slang onderdeel van het gezelschap geworden. Hij staat voor gevaar en uiteraard voor de duivel. Halverwege het boek begin je te twijfelen of wat Anna meemaakt zich niet deels in haar hoofd afspeelt. De rolverdeling in de fragmenten uit haar jeugd lijkt ook te keren. Is Anna wel diegene die zich moet ontfermen over haar broertje? Is zij haar broeders hoeder? Of ligt het andersom?

In de beschrijving van de tocht en de steeds verdergaande gedachten van Anna doemt de dood in allerlei gedaanten op: zelfmoord, doodslag, verdrinking. Het Bijbelverhaal van Abraham die de opdracht krijgt zijn zoon Isaak te offeren spookt door haar hoofd. Is de ezel de zoon? Anna lijkt langzaam gek te worden. Zij doet aan zelfkastijding. De tocht duidt zij nu als een geestelijke reiniging. Haar gedachten gaan met haar op de loop. Zij probeert nergens aan te denken, te verdwijnen. Het bereiken van de top van de berg betekent opgenomen worden in de hemel.


In tegenstelling tot het vervagen van de werkelijkheid, lijken de scenes uit haar jeugd naar het einde toe steeds helderder te worden. De lezer krijgt althans meer aanknopingspunten over wat er werkelijk is voorgevallen. Hiermee houdt Liesbeth Goedbloed tot het einde de spanning vast in haar verhaal.

Geen opmerkingen: