donderdag 3 oktober 2013

Koos van Zomeren - Stanley


In de Bruna-serie Literaire juweeltjes las ik onlangs over de belevenissen van de oudere Stanley, dit eerste deel van een paar jaar geleden begint bij de geboorte van Stanley. Hij is een borderterriër, een niet erg bekend ras. Vooraf vraagt Koos van Zomeren zich af of het hem veel moeite gaat kosten om aan de nieuwe hond (na Rekel) te wennen. En stel dat hij heel jong al ziek wordt, dan heb je niet eens de kans gehad om van zo’n dier te gaan houden.

Natuurlijk loopt het anders en is Stanley een hele lieve en intelligente hond. Hij verkeerd voortdurend in de veronderstelling dat hij met zijn baasje betrokken is bij een grootscheepse jachtpartij.

Van Zomeren twijfelt aan zijn slimheid. Stanley blijft maar liggen voor een kast waaruit hij vroeger altijd zijn kluifbotten kreeg. Maar dan denk Van Zomeren: nee, hij is juist slim, want telkens als hij daar ligt herinnert hij er ons aan dat hij trek heeft in een kluifbot. Voor de kast liggen is heel effectief.

Van Zomeren wandelt graag in de Alpen. Hij beschrijft hoe hij eenmaal vast komt te zitten in een flinke sneeuwkuil. Wat als hij er niet meer uitkomt: sterven met Stanley in je armen of hem wegjagen voor zijn eigen bestwil. Gelukkig weet hij zich te bevrijden.

Maar, niet iedereen houdt van Stanley:
“Bij Hijman, de boekhandel. Meneer, wilt u uw hond bij u houden?
Want?
Hij snuffelt aan me.
Misschien dacht hij dat u aardig was.”

Geen opmerkingen: